Vandaag hebben Pesticide Action Network (PAN) Europe en haar leden ClientEarth, Générations Futures, GLOBAL 2000, Pesticide Action Network Duitsland en Pesticide Action Network Nederland een juridische uitdaging ingediend bij het Europees Hof van Justitie tegen de goedkeuring van glyfosaat door de Europese Unie.
De organisaties hebben een grondige wetenschappelijke en juridische analyse gepresenteerd aan het Hof, waarin ernstige tekortkomingen in de beoordeling van glyfosaat in Europa worden benadrukt. De Commissie en de EU-wetenschappelijke agentschappen [1] hebben systematisch kritieke wetenschappelijke studies die nadelige effecten van glyfosaat rapporteren uitgesloten met wetenschappelijk ongefundeerde argumenten, of deze effecten gebagatelliseerd door bijvoorbeeld minder gevoelige en ongeschikte statistische methodologieën toe te passen. Hierdoor hebben ze hun eigen richtlijnen en internationale protocollen geschonden. Hun conclusie dat glyfosaat veilig is, is wetenschappelijk ongegrond en gebaseerd op een risicobeoordeling die niet voldoet aan de belangrijkste wettelijke vereisten. Daarom verzoeken de NGO’s het Hof om in te grijpen.
Het populaire herbicide wordt in verband gebracht met ernstige gezondheids- en milieurisico’s, waaronder kanker, voortplantingsstoornissen en neurologische aandoeningen. Door hergoedkeuring voor 10 jaar zal het op grote schaal in Europa blijven worden gebruikt, waardoor Europese burgers, waaronder kinderen, wijdverspreid aan deze stof worden blootgesteld.
In januari 2024 hebben de NGO’s de Commissie verzocht om haar besluit om glyfosaat tot 2033 opnieuw goed te keuren te herzien, omdat dit niet in overeenstemming is met de bepalingen van het EU-recht, met name Verordening (EG) 1107/2009 [2]. Deze wetgeving geeft prioriteit aan de bescherming van de menselijke gezondheid en het milieu boven het op de markt brengen van pesticiden, zoals eerder door het EU-hof is benadrukt [3].
Als reactie heeft de Commissie in september 2024 het verzoek om herziening formeel afgewezen [3]. Nu hebben de NGO’s officieel een juridische uitdaging ingediend bij het Hof.
“De wetenschappelijke agentschappen van de EU buigen de regels om te concluderen dat glyfosaat veilig is. Talrijke wetenschappelijke studies, waaronder die van de industrie zelf, brengen het duidelijk in verband met ernstige nadelige effecten, zoals kanker en mogelijk neurologische aandoeningen,” zegt Angeliki Lysimachou, hoofd wetenschap en beleid bij PAN Europe.
“Door bewust minder gevoelige statistische methoden te gebruiken, kritieke wetenschappelijke bewijzen te verwerpen en baanbrekend kankeronderzoek te negeren, faalt de EU in haar plicht om de volksgezondheid te beschermen. Wij kunnen hierover niet zwijgen – het is een kwestie van het waarborgen van de gezondheid van huidige en toekomstige generaties.”
De NGO’s richtten zich op wat zij identificeerden als de meest significante tekortkomingen in de EU-risicobeoordeling van glyfosaat. Hun analyse toont aan dat er een onvolledige evaluatie is van de representatieve formulering die in Europese velden wordt gebruikt, met een gebrek aan langetermijntoxiciteit, carcinogeniteit en cumulatieve effecten. Ze leggen ook uit hoe peer-reviewed bewijs werd verworpen ten gunste van door de industrie gefinancierde studies die bewijzen over genotoxiciteit, neurotoxiciteit en milieueffecten bagatelliseren. Verder tonen de NGO’s aan hoe de EU-beoordeling de effecten van glyfosaat op biodiversiteit en het microbioom, en de gerelateerde gezondheidsimplicaties negeert. Deze bevindingen samen tonen aan dat het voorzorgsbeginsel duidelijk is geschonden door glyfosaat goed te keuren ondanks significante onzekerheden en kennishiaten [5].
Antoine Bailleux, de advocaat van de NGO-coalitie, merkt op: “Het is legitiem dat de Commissie enige speelruimte heeft bij het beheren van risico’s met betrekking tot de goedkeuring van werkzame stoffen in pesticiden. Maar er zijn grenzen aan een dergelijke discretionaire bevoegdheid. Het is vaste rechtspraak dat de risicobeoordeling bijvoorbeeld moet voldoen aan de principes van excellentie, transparantie en onafhankelijkheid. Wij geloven dat de evaluatie van glyfosaat niet aan deze kwaliteitsnormen heeft voldaan. Daarom stappen we naar de rechter.”
In hun analyse van de EU-risicobeoordeling van glyfosaat brengen de organisaties de volgende belangrijke bevindingen naar voren bij het Hof:
- Door neurotoxiciteitsexperts geuite zorgen zijn genegeerd. Brieven verkregen door PAN Europe via een verzoek om toegang tot documenten onthullen dat wetenschappers de Europese Commissie, de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) en het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen (ECHA) hebben gewaarschuwd voor de mogelijke verbanden tussen glyfosaat en de ziekte van Parkinson [Brief 1] en ontwikkelingsneurotoxiciteit – relevant voor autisme en cognitieve tekorten bij kinderen [Brief 2]. De brieven bekritiseren de EU-autoriteiten voor het niet weerleggen van deze risico’s.
- De Commissie en het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen baseren zich in hun antwoord sterk op de kankeranalyse van Kenny Crump, een privéconsultant met een geschiedenis van het verdedigen van industrieën (zoals lood, asbest en benzeen). Crump verwerpt alle door glyfosaat veroorzaakte tumoren als “valse positieven” en probeert de geloofwaardigheid van de beoordeling door andere wetenschappers, waaronder die van het WHO Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek (IARC), te ondermijnen.
- Statistische ‘manipulatie’: Het wordt vaak gezegd dat de duivel in de details zit. Dit geldt nergens meer dan in het geval van glyfosaat. EU-risicobeoordelaars hebben statistische tests gebruikt in glyfosaat-kankeronderzoeken die ontworpen zijn om potentiële therapeutische effecten te onderzoeken, wat de kracht van de test verlaagt. Hoogleraar Milieubiologie Geert de Snoo (Universiteit Leiden, onderzoeksdirecteur bij de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen en voormalig lid van de Nederlandse pesticidenautoriteit Ctgb) noemde dit onlangs “slechte wetenschap” en “slechte statistieken”. EU-risicobeoordelaars kozen ook een aanpak die niet is ontworpen om dosis-respons toename in tumoren bij glyfosaat-blootgestelde dieren te onderzoeken, wat de resultaten verder in het voordeel van glyfosaat vertekent.
- IARC, in zijn aanbevelingen voor prioriteiten voor 2025–2029, herzag de recente wetenschappelijke literatuur over glyfosaat en kanker en concludeerde dat het “bestaande bewijs geen steun lijkt te bieden voor een wijziging in classificatie.” Als resultaat blijft de classificatie als ‘waarschijnlijk kankerverwekkend voor mensen’ behouden, terwijl ECHA deze classificatie weigerde, gebaseerd op wat kan worden omschreven als “gemanipuleerde” gegevens.
Achtergrond:
Glyfosaat is sinds 2015 een bron van controverse, toen het Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek (IARC) het classificeerde als “waarschijnlijk kankerverwekkend voor mensen”. Volgens EU-wetgeving zouden pesticiden met deze gevarenclassificatie verboden moeten worden. De EU-risicobeoordelingen van 2017 en 2023 concludeerden echter dat glyfosaat geen significante gezondheidsrisico’s vormt, waardoor het een van de meest gebruikte herbiciden in Europa en wereldwijd blijft.
Deze discrepantie bracht verschillende experts en wetenschappers ertoe om de toxiciteit van glyfosaat en de beoordeling door de EU-agentschappen en IARC te onderzoeken. De tekortkomingen van de beoordeling zijn herhaaldelijk blootgelegd.
Deze juridische uitdaging volgt op groeiende publieke en wetenschappelijke kritiek op het EU-risicobeoordelingsproces. In 2023 verlengde de Commissie de goedkeuring van glyfosaat voor 10 jaar ondanks wijdverspreide zorgen en een tekortschieten om aan de hoge normen te voldoen die door de EU-wetgeving voor pesticiden worden vereist. Na een onbevredigend antwoord op hun interne herzieningsverzoek in september 2024, besloot de coalitie van zes NGO’s hun strijd op te voeren naar het Europees Hof van Justitie.
Noten:
[1] De EU-beoordelingsprocedure voor glyfosaat was gebaseerd op het hernieuwingsdossier dat was ingediend door een industrieconsortium. Het proces omvatte vier “Rapporterende Lidstaten” — nationale agentschappen uit Nederland, Zweden, Hongarije en Frankrijk — gezamenlijk bekend als de Assessment Group on Glyphosate (AGG); het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen (ECHA), dat de gevarenclassificatie van glyfosaat evalueerde; en de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA), die een collegiale toetsing uitvoerde van de risicobeoordeling, inclusief de evaluatie van een representatieve formulering die in Europese velden wordt gebruikt.
[2] Dankzij een hervorming van de toegang tot recht in 2021 hebben NGO’s en individuen de mogelijkheid om de meeste EU-besluiten die in strijd zijn met het milieurecht aan te vechten bij het EU-Hof. De eerste stap is dat NGO’s de Commissie een ‘Verzoek om Interne Herziening’ sturen. De Commissie heeft vervolgens 22 weken om te antwoorden. Als de NGO’s vinden dat het antwoord van de Commissie de juridische overtredingen niet oplost, kunnen zij het antwoord aanvechten bij het Hof van Justitie van de Europese Unie. Op 24 januari 2024 diende het consortium van zes organisaties een verzoek om interne herziening in bij de Europese Commissie met betrekking tot de 10-jarige goedkeuring van glyfosaat.
[3] Hof van Justitie van de EU, Zaak C‑162/21 (19 januari 2023, overweging 48): “Voorts is duidelijk (….) dat de bepalingen die van toepassing zijn op autorisaties een hoge beschermingsstandaard moeten waarborgen en dat, in het bijzonder, bij het verlenen van autorisaties voor gewasbeschermingsmiddelen, het doel om de menselijke en dierlijke gezondheid en het milieu te beschermen ‘prioriteit’ moet krijgen boven het doel om de gewasproductie te verbeteren.”
[4] Op 26 juni wees de Europese Commissie het verzoek van de NGO’s af om de hergoedkeuring te annuleren.
[5] De kritieke tekortkomingen in de EU-risicobeoordelingsprocedure, zoals benadrukt door de NGO’s in hun verzoek aan het Hof, zijn:
- Onvolledige risicobeoordeling: Autoriteiten faalden in het evalueren van de langetermijntoxiciteit, carcinogeniteit en cumulatieve effecten van de “representatieve” glyfosaatformulering die op Europese velden wordt gebruikt. Dit is in strijd met de Blaise-uitspraak van het Europees Hof van Justitie uit 2019 [Zaak C-616/17 – analyse].
- Afwijzing van onafhankelijke studies: Bewijsmateriaal dat glyfosaat in verband brengt met kanker, genotoxiciteit, neurotoxiciteit en hormoonverstorende eigenschappen uit peer-reviewed wetenschappelijke literatuur werd genegeerd of ondergewaardeerd, ten gunste van door de industrie gefinancierde studies.
- Afwijken van wetenschappelijke standaarden: Het niet volgen van internationaal geaccepteerde protocollen, statistische “manipulatie” om kankergerelateerde bevindingen af te wijzen, aannames over de therapeutische eigenschappen van glyfosaat en het negeren van biologische plausibiliteit.
- Negeren van biodiversiteit en microbiomeffecten: De beoordeling negeerde de impact van glyfosaat op biodiversiteit met het argument dat er geen richtsnoerdocument is. Evenzo werd geen aandacht besteed aan de bekende effecten van glyfosaat op het microbioom en de gezondheidsimplicaties daarvan, waaronder effecten op de hersenen. Twee recente uitspraken van het EU-Hof verduidelijkten dat het ontbreken van een richtlijn geen rechtvaardiging is om gezondheidsimplicaties te negeren [Zaken C-308/22; C-309/22 & C310/22 – communicatie].
- Schending van het voorzorgsbeginsel: Door glyfosaat goed te keuren ondanks significante onzekerheden en kennishiaten, heeft de Commissie het voorzorgsbeginsel geschonden, een kernprincipe van het EU-milieubeleid.