1.0 Inleiding
De ervaring leert dat jij je levensopdracht niet kunt vinden in de wereld om je heen en zeker niet in je hoofd. Je levensopdracht of -missie zit in je ziel; je innerlijk of hoger bewustzijn! Als jij die niet kunt aanboren, kun je de realiteit van je levensopdracht niet ervaren. Uiteindelijk is elk gevoel ongelukkig te zijn en elk gebrek aan zelfwaardering een gevolg van je breuk met je levensopdracht. Je levensopdracht begint bij het vinden van antwoorden en weten waar je moet zoeken, hoe je moet zoeken, en wat je moet zoeken.
2.0 Waar moet je zoeken?
Vaak zoeken we op de verkeerde plaatsen naar antwoorden. Wij zijn sterk geneigd om altijd alles buiten onszelf te zoeken, vooral datgene wat je in jezelf vergeten bent. Vooral als je twijfelt en bang bent, ben je geneigd steun te zoeken in ‘vertrouwde’ plekken. We hebben feiten en getallen, recepten en theorieën uit boeken gehaald en van autoriteiten gekregen, maar de antwoorden die ons leven fundamenteel veranderen en ons helpen groeien, komen altijd van binnenuit!
‘Al ons lijden begint wanneer we onze innerlijke goddelijkheid uit het oog verliezen’
Alle antwoorden zitten dus in je. Heb je ooit eens ‘een nachtje over een probleem’ geslapen?’ Meestal kom je met een veel completer antwoord, waarmee je kunt leven. Maar waar komt dat antwoord dan vandaan? Jezus leerde ons dat we niet bang moeten zijn en ons geen zorgen moeten maken over ons leven, maar dat we eerst op zoek moeten gaan naar de ware bron van de hele schepping. Dan, zei hij, vallen alle dingen je vanzelf toe. Gaan we immers niet naar de kraan als we water nodig hebben?
Veel mensen hebben op een bepaald moment ten onrechte een bepaalde leraar of goeroe – een evangelist, een sekteleider – geassocieerd met de bron van onze waarheid. We gaan de leraar aanzien voor de waarheid, terwijl we onze aandacht op de werkelijke bron zouden moeten richten. Maar soms helpt een crisis waarin ‘hulpmiddelen’ – ongeneeslijke ziekte of ongeluk, in paniek raken – buiten ons bereik zijn wel om onze aandacht naar binnen te richten; op de ziel (hoger bewustzijn) en onze levensopdracht.
3.0 Hoe moet je zoeken?
‘Leer je rationele geest – je breinmassa – opzij te zetten’
Als jij je intellect gebruikt om er achter te komen wat je levensopdracht of -missie is, raak je in de war en je begint alle antwoorden te analyseren en te beredeneren; uiteindelijk begin je te twijfelen. Dat hangt samen met het feit dat je breinmassa – je hersenen – alleen structuren kan begrijpen, terwijl je levensopdracht steeds wordt bijgeschaafd en dus niet statisch is.
Je moet dus leren je breinmassa – je intellect – te gebruiken om de juiste vraag te formuleren en je intuïtie het antwoord laten ervaren. Door je intuïtie word jij je bewust van de diepere waarheden in het leven en ontvang je inspiratie, inzichten en wonderen. Als je zeker bent van de bron in je, voel jij je eigen waarheid intuïtief aan; je voelt je diep intens gelukkig, blij en oprecht bij ieder antwoord! Je intellect kan je helpen tot de deur naar de waarheid, maar je intuïtie is de sleutel om die deur open te maken en de werkelijkheid te ervaren.
‘De oplettende man ziet wakker zijn als grootste schat’ [Boeddha]
4.0. Wat zoek je?
‘Geen vragen, geen antwoorden ‘
Als we eenmaal bereid zijn om in onszelf te gaan zoeken, naar wat voor antwoord zoeken we dan? Er is maar één manier om het goede antwoord te vinden: stel de goede vragen! Je moet niet doorgaan met het je verstand met vragen blijven bekogelen; vragen die voortkomen uit frustratie, angst en paniek. Verwacht dan ook niet dat je dan goede antwoorden krijgt, want als we vragen blijven afvuren, voeren ze ons alleen maar weg van ons innerlijk gevoel.
We stellen vaak de vraag: ‘Waarom overkomt mij dat?’ Hoewel je situaties persoonlijk kunt opvatten, gebeuren ze niet persoonlijk met je. Ze gebeuren gewoon en jij bent erbij betrokken door de manier waarop je erop ingaat. Je zou ook kunnen vragen: ‘Wat zou ik eraan moeten doen?’. Maar die vraag veronderstelt juist dat je geacht wordt iets te doen. De vraag neemt je macht uit handen en legt die in handen van iemand anders.
Nog een andere vraag is: ‘Wanneer komt er eens een eind aan?’ ‘Hoeveel krijg ik nog te verduren?’ Zouden alle beproevingen voorbij zijn als de witte uil je naam roept? Is dat wat je wilt weten? Helder denken en in contact staan met je innerlijke gevoel – je intuïtie – is moeilijk als je ligt te kronkelen van de pijn. Maar welke vraag moet ik dan stellen! Het eerste wat jij je moet afvragen is, wat wil ik dat het antwoord me geeft of wat het voor me doet. Dat verandert een antwoord van een intellectueel bouwwerk in een actie en een ervaring. Oké, maar wat wil ik dan dat het antwoord geeft of doet?
‘Kwaliteitsvragen stellen’
Als we bang zijn om de pijn te voelen, stellen we herhaaldelijk intellectuele vragen om elk gevoel te vermijden. Als we de (geestelijke) pijn willen helen, moeten we bereid zijn onder ogen te zien wat we weigeren te zien. Met andere woorden, stel kwaliteitsvragen zoals bijvoorbeeld ‘Wat kan ik van deze ervaring leren?’ ‘Wat kan ik doen om dit conflict tot een goede oplossing te brengen?’ ‘Hoe kan ik deze gelegenheid benutten ten bate van alle betrokkenen?’
Goede vragen geven je goede antwoorden. Effectieve vragen geven je effectieve antwoorden. Meedogende vragen maken je meedogender. Van het stellen van mooie vragen word je mooier en door verheffende vragen te stellen, inspireer jij jezelf en andere mensen.
‘Vraag, en jullie zal gegeven worden. Zoek, en je zult vinden. Klop, en er zal voor je worden opengedaan. Want ieder die vraagt, krijgt antwoord’ [Matheus 7: 7-8]
5.0 Wanneer is het tijd om je antwoord te gaan gebruiken?
Hoe weet je nu wanneer de tijd is gekomen om een antwoord te gaan gebruiken?
Vanaf het moment dat jij het antwoord hebt gekregen, is de kracht van dat antwoord al achter de schermen aan het werk. Iedereen die vragen stelt, krijgt antwoord. Je hoeft er niet voor te werken en je hoeft het niet te verdienen. Je hoeft het niet te verdienen in de ogen van iemand anders voordat wat je vraagt gegeven wordt. Want de goddelijke Wet van vragen en ontvangen schakelt alle tussenpersonen uit. Wanneer jij werkelijk je eigen ruimte vindt om te zijn |wie-je-bent|, ontdek je dat er maar een relatie is: die tussen jou, je ziel, en je Algevende Maker, God!
6.0 Slot
Als jij probeert het antwoord te vervolmaken, kan het gebeuren dat je het te veel ‘water’ – rationele aandacht – geeft en het toch nooit gaat gebruiken. Als je bijvoorbeeld honger hebt bijvoorbeeld een snack wilt omdat je maag knort, moet je niet urenlang op zoek gaan naar een vijfsterrenhotel met een mooi uitzicht. Als je daarentegen voorbereidingen treft voor een romantisch diner met als doel je vriendin ten huwelijk vragen, wat maken dan een paar weken zoeken naar die ideale plek uit?
De échte standaard voor het beoordelen van de rijpheid van een antwoord is vaststellen hoe geschiktheid het is voor het doel dat de aanzet ertoe was. Bedenk dat het antwoord dat jij nu bent de som is van hoe je de antwoorden gebruikt waar je al om hebt gevraagd! De kwaliteit van je gebeden die je uitspreekt wordt de uitstraling van |Wie-jij-bent|.
Hans Zevenboom