Astronomische krachten hebben invloed op de klimaatschommelingen

Een nieuw artikel bespreekt een studie die onderzoekt hoe astronomische krachten, zoals de zwaartekracht van de maan, mogelijk invloed hebben op het ontstaan en de intensiteit van El Niño-evenementen.

El Niño, onderdeel van de “El Niño Southern Oscillation” (ENSO), is een klimaatschommeling in de tropische Stille Oceaan die temperatuur en neerslag wereldwijd beïnvloedt, wat weer effect heeft op voedselzekerheid, gezondheid en economie.

De onderzoekers, onder leiding van professoren Chari Pattiaratchi en Arnoldo Valle-Levinson, ontdekten dat variaties in getijden (door de maan-zon-aarde cyclus) mogelijk samenhangen met veranderingen in het voorkomen van El Niño-evenementen.

Dit zou kunnen betekenen dat astronomische krachten invloed hebben op de klimaatschommelingen, wat kan leiden tot meer El Niño’s in het komende decennium.

Voor West-Australië zou een toename in El Niño’s bijvoorbeeld lagere zeespiegels, een zwakkere Leeuwin-stroom, sterkere zuidelijke winden en mogelijk minder regen in de winter kunnen betekenen.

https://www.uwa.edu.au/news/article/2024/october/astronomic-forces-could-influence-el-nino-events

De zon heeft een elfjarige cyclus van activiteit, die onder andere wordt gekenmerkt door fluctuaties in het aantal zonnevlekken en de intensiteit van zonnevlammen en zonne-uitbarstingen. Deze variaties in zonneactiviteit kunnen invloed hebben op het klimaat en bepaalde weerpatronen, hoewel het effect vaak subtiel en complex is.

Hier zijn enkele manieren waarop de zonnecyclus het weer en klimaat kan beïnvloeden:

  1. Stralingsveranderingen: Tijdens perioden van hoge zonneactiviteit (meer zonnevlekken) neemt de hoeveelheid ultraviolette (UV) straling toe. Dit kan de temperatuur van de bovenste lagen van de atmosfeer, zoals de stratosfeer, beïnvloeden. De opwarming van de stratosfeer kan weer invloed hebben op windpatronen, zoals de straalstroom, en daardoor op weerpatronen op aarde.
  2. Kosmische straling en wolkenvorming: Tijdens perioden van lage zonneactiviteit bereikt meer kosmische straling de aarde, wat mogelijk wolkenvorming beïnvloedt. Hogere niveaus van kosmische straling kunnen helpen bij de vorming van aërosolen, die een rol spelen bij wolkenvorming. Meer bewolking kan leiden tot lagere temperaturen, omdat wolken zonlicht reflecteren.
  3. Invloed op El Niño/La Niña-patronen: Er is enig bewijs dat zonnecycli invloed kunnen hebben op de frequentie of intensiteit van El Niño- en La Niña-evenementen. Deze gebeurtenissen zijn belangrijke factoren voor het wereldwijde weer, aangezien ze temperatuur- en neerslagpatronen in grote delen van de wereld beïnvloeden.
  4. Effect op de Noord-Atlantische Oscillatie (NAO): De zonnecyclus lijkt ook samen te hangen met de Noord-Atlantische Oscillatie, een patroon van drukverschillen tussen het Azoren-hoog en het IJsland-laag, wat het weer in Europa en Noord-Amerika kan beïnvloeden. Tijdens bepaalde fasen van de zonnecyclus verandert het NAO-patroon, wat van invloed kan zijn op temperaturen en stormfrequenties in deze gebieden.