Onderzoekers van de Keck School of Medicine van USC gebruikten een nieuwe statistische methode om de genetische onderbouwing van het verband tussen de inname van rood en bewerkt vlees en het risico op darmkanker bij bijna 70.000 mensen vast te stellen.
In een van de grootste gen-omgevingsinteractiestudies ooit naar rood vlees en darmkanker, waarin de invloed van rood vlees consumptie op iemands kankerrisico op basis van hun genotype werd onderzocht, hebben onderzoekers twee genetische markers geïdentificeerd die de associatie tussen de twee kunnen helpen verklaren en kunnen verklaren waarom sommige mensen een hoger kankerrisico hebben.
Eerdere studies tonen aan dat het frequent consumeren van rood en verwerkt vlees het risico op het ontwikkelen van darmkanker verhoogt, maar het belangrijkste biologische mechanisme is nog niet vastgesteld. Inzicht in het ziekteproces en welke genen hieraan ten grondslag liggen, kan wetenschappers helpen betere preventiestrategieën te ontwikkelen.
In een nieuwe studie, ondersteund door de National Institutes of Health en geleid door het USC Norris Comprehensive Cancer Center, onderdeel van de Keck School of Medicine van USC, werden gegevens geanalyseerd over de inname van rood en bewerkt vlees van 29.842 mensen met darmkanker en 39.635 mensen zonder kanker. Zij ontdekten dat degenen die meer rood of bewerkt vlees consumeerden een respectievelijk 30 of 40% verhoogd risico op darmkanker hadden. Met behulp van genoombrede gegevens identificeerden de onderzoekers ook twee genen, HAS2 en SMAD7, die het kankerrisico veranderden op basis van de consumptie van rood of bewerkt vlees. De resultaten zijn zojuist gepubliceerd in het tijdschrift Cancer Epidemiology, Biomarkers & Prevention.
“Deze bevindingen suggereren dat er een subgroep van de bevolking is die een nog hoger risico op darmkanker loopt als ze rood of bewerkt vlees eten,” zegt hoofdauteur Mariana C. Stern, PhD, een professor in de bevolkings- en gezondheidswetenschappen en urologie, de Ira Goodman Chair in Cancer Research en de associate director voor bevolkingswetenschappen aan het USC Norris Comprehensive Cancer Center. “Het stelt ons ook in staat om een kijkje te nemen in het mogelijke mechanisme achter dat risico, dat we vervolgens kunnen opvolgen met experimentele studies.”
De bevindingen onthullen veelbelovende nieuwe details over het verband tussen vleesconsumptie en darmkanker, maar Stern benadrukt dat ze nog geen oorzakelijk verband aantonen voor deze genetische varianten.
“Dit geeft ons belangrijke stof tot nadenken,” zei ze. “We doen deze gen-omgevingsinteractiestudies als we weten dat er een duidelijke associatie is tussen een milieublootstelling en een ziekte, maar wat er tussenin gebeurt is nog steeds een black box.”
Zij en haar collega’s hopen vervolgens experimentele studies uit te voeren die sterker bewijs kunnen leveren voor de rol van een ontregeld ijzermetabolisme bij de ontwikkeling van darmkanker.
Bron: Keck School of Medicine of USC