In 1984 verscheepte het Zweedse mijnbedrijf Boliden massa’s giftig afval naar Arica, een klein woestijnstadje in Chili. Officieel zou dat afval daar netjes verwerkt worden, maar in werkelijkheid werd een deel ervan gewoon gedumpt aan de rand van het stadje – ver weg liegt lekker. De gevolgen van die illegale dumping waren verschrikkelijk: bewoners kregen kanker, en vele kinderen werden met allerlei afwijkingen geboren.