Volgens nieuw onderzoek gepubliceerd in PLOS Pathogens door Bruce Vallance en collega’s van de Universiteit van British Columbia, Canada beschermt vasten, voor en tijdens blootstelling aan Salmonella enterica-bacteriën, muizen tegen het ontwikkelen van een volledige infectie, deels als gevolg van veranderingen in het darmmicrobioom van de dieren.
Wanneer mensen of dieren een infectie krijgen, verliezen ze vaak hun eetlust. Het blijft echter controversieel of vasten een gastheer beschermt tegen infectie of hun gevoeligheid verhoogt. In de nieuwe studie moesten muizen 48 uur vasten voor en tijdens orale infectie met de bacterie Salmonella enterica serovar Typhimurium, een veelvoorkomende oorzaak van door voedsel overgedragen ziekten bij mensen.
Vasten verminderde de tekenen van bacteriële infectie in vergelijking met gevoede muizen, en elimineerde bijna alle darmweefselbeschadiging en -ontsteking. Wanneer gevaste dieren een dag na hun vasten opnieuw werden gevoerd, was er een dramatische toename van het aantal Salmonella en invasie in de darmwanden, hoewel de bijbehorende ontsteking verzwakt was in vergelijking met normaal. De resultaten waren niet zo wanneer muizen intraveneus werden blootgesteld aan Salmonella in plaats van oraal, en analyses van de microbiomen van muizen toonden significante veranderingen in verband met vasten en bescherming tegen infectie. Bovendien beschermde vasten kiemvrije muizen – gefokt om een normaal microbioom te missen – niet volledig tegen Salmonella, wat suggereert dat een deel van de bescherming het gevolg is van vasten. Experimenten met de bacterie Campylobacter jejuni bevestigden dat het effect van vasten niet beperkt was tot Salmonella, met vergelijkbare resultaten.
“Deze gegevens suggereren dat therapeutisch vasten of caloriebeperking het potentieel heeft om infectieuze en mogelijk niet-infectieuze gastro-intestinale ziekten gunstig te moduleren”, concluderen de onderzoekers.
De onderzoekers voegen eraan toe: “Ons onderzoek benadrukt de belangrijke rol die voedsel speelt bij het reguleren van interacties tussen de gastheer, darmpathogenen en het darmmicrobioom. Wanneer voedsel beperkt is, lijkt het microbioom de resterende voedingsstoffen vast te houden, waardoor ziekteverwekkers niet de energie krijgen die ze nodig hebben om de gastheer te infecteren. Hoewel er meer onderzoek nodig is, kan vasten of het anderszins aanpassen van de voedselinname therapeutisch worden gebruikt om infectieziekten in de toekomst te moduleren.”
Vertaling: Andre Teirlinck