Het effect van de Formule 1-race van Zandvoort op de natuur in het naastliggende duingebied is veel groter dan tot voor kort werd aangenomen. Dat blijkt uit de nieuwste berekeningen van de stikstofdepositie van de raceactiviteiten op het Circuit van Zandvoort. De berekeningen zijn uitgevoerd door bureau Apollon-milieu in opdracht van de natuurorganisaties Stichting Duinbehoud, Rust bij de Kust en Mobilisation for the Environment.
De natuurorganisaties waren al eerder bij de rechtbank Noord-Holland in beroep gegaan
tegen de natuurvergunning voor de Formule 1 in Zandvoort. Tijdens de beroepszaak uitten zij hun bedenkingen bij de stikstofberekeningen van het Circuit Park Zandvoort. Die berekeningen laten zien dat er met de komst van de Formule 1 minder stikstof neerkomt in het duingebied dan in de oude situatie.
Voor de provincie Noord-Holland was de veronderstelde afname van de stikstofdepositie reden om een vergunning af te geven aan het Circuit Park Zandvoort. De natuurorganisaties plaatsten echter grote vraagtekens bij de berekeningen, omdat Formule 1-raceauto’s bekendstaan om hun hoge stikstofuitstoot.
Uit de nieuwe berekeningen van Apollon-milieu blijkt dat voor de stikstofuitstoot van Formule 1-raceauto’s onjuiste getallen zijn gebruikt. Er is gerekend met de uitstoot van Amerikaanse auto’s uit de jaren 50. De raceauto’s van nu rijden sneller en hebben een groter motorvermogen. Daardoor hebben ze een veel hogere uitstoot van stikstof. De berekeningen van Apollon-milieu laten zien dat de stikstofdepositie op het duingebied niet afneemt, maar jaarlijks kan toenemen met meer dan 20 mol per hectare. Dit is een toename van meer dan 15% ten opzichte van de huidige situatie. Voor het duingebied, dat nu al last heeft van een veel te hoge stikstofdepositie, is dat desastreus. De biodiversiteit in het gebied gaat nog verder achteruit.
De natuurorganisaties hebben het rapport van Apollon-milieu toegevoegd aan het dossier in de lopende beroepszaak bij de rechtbank Noord-Holland. De rechtbank moet beoordelen welke van de twee berekeningen het best de realiteit weergeeft.