Onderzoekers van de Johns Hopkins Bloomberg School of Public Health droegen bij aan een nieuw U.S. Centers for Disease Control and Prevention rapport dat de prevalentie van autisme spectrumstoornis (ASS) vaststelt van 1 op 54 bij kinderen van 8 jaar in 2016 (of 1,85 procent). Dit is een stijging van 10 procent ten opzichte van het meest recent rapport twee jaar geleden toen het 1 op 59 was, en de hoogste prevalentie sinds de CDC begon met de opvolging in 2000. In overeenstemming met eerdere rapporten hadden jongens 4 tot 5 keer meer kans op ASS dan meisjes. Het resultaat is 1 op 34 onder jongens (of 2,97 procent) en 1 op 145 onder meisjes (of 0,69 procent).
ASS is een ontwikkelingsstoornis die wordt gekenmerkt door sociale en communicatieve beperkingen, samen met beperkte interesses en repetitief gedrag. Vroege diagnose en interventie zijn de sleutel tot verbetering van leren, communicatie en andere vaardigheden. De aantallen zijn dramatisch gestegen in de afgelopen drie decennia, maar onderzoekers weten niet hoeveel van deze stijging het gevolg is van een betere detectie of een toename van “waar” gevallen of beide. Technische factoren die kunnen bijdragen aan een stijging bij ASS omvatten meer bewustzijn, screening, diagnostische diensten, behandeling en interventie diensten, betere documentatie van ASS gedrag en veranderingen in diagnostische criteria. Tot op heden worden de oorzaken van
autisme niet helemaal begrepen, maar studies tonen aan dat omgeving en genetica een rol spelen.
Net als in zijn eerder rapport verzamelde de CDC gegevens van 11 regionale monitoring sites in de Verenigde Staten die deel uitmaken van het Autism and Developmental Disability Monitoring (ADDM) netwerk. Het ADDM-netwerk maakt schattingen in de deelnemende gemeenschappen door herziening van gezondheid en/of onderwijsgegevens en garanderen een zo volledig mogelijke telling. ADDM doet dat niet alleen op basis van een gedocumenteerde ASS-diagnose maar telt ook de ASD-gevallen bepaald door ADDM-deskundige clinici die de records herzien.
De meetlocatie Maryland-ADDM is gevestigd in de Johns Hopkins Bloomberg School of Public Health.
Dit is het zevende rapport van het ADDM-netwerk dat telkens dezelfde methoden heeft gebruikt. Geschatte prevalentie percentages van ASS in de VS:
– één op de 59 kinderen in het rapport van 2018 op basis van gegevens uit 2014
– één op de 68 kinderen in het rapport van 2016 op basis van gegevens uit 2012
– één op de 68 kinderen in het rapport van 2014 op basis van gegevens uit 2010
– één op de 88 kinderen in het rapport van 2012 op basis van gegevens uit 2008
– één op de 110 kinderen in het rapport van 2009 op basis van gegevens uit 2006
– één op de 150 kinderen in het rapport van 2007 op basis van gegevens uit 2000 en 2002
‘We moeten weten hoeveel kinderen ASS hebben om onze dienstverlening voor te bereiden”, zegt Li-Ching Lee, PhD, ScM, psychiatrisch epidemioloog bij de afdelingen van de Bloomberg School Epidemiology and Mental Health en de hoofdonderzoeker van Maryland-ADDM. “Een doorlopende en nauwkeurige schatting zal realistische plannen helpen ontwikkelen om deze kinderen nu en later in hun leven te ondersteunen.”
Voor het eerst in de geschiedenis van ADDM vonden onderzoekers statistisch gezien geen significant verschil in de ASD-prevalentie tussen zwarte en blanke kinderen. Dit kan duiden op vooruitgang in de richting van eerder en rechtvaardigere identificatie van ASS, zeggen de onderzoekers.
“Hoewel de kloof in verband met de prevalentie van raciaal en etnisch kleiner wordt blijven verschillen in vroege interventie bestaan bij raciale en etnische minderheden,” zei Lee. “Zwarte en Spaanse kinderen met ASS werden op oudere leeftijd geëvalueerd en hadden meer kans op verstandelijke beperking dan blanke kinderen. ”Latere diagnose kan een belemmering vormen voor
vroege interventie, beschouwd als de meest effectieve behandeling voor ASS.
In Maryland was de prevalentie van ASS 1 op de 52 kinderen: 1 op de 33 onder jongens en 1 op 128 voor meisjes. De gegevens zijn afgeleid van gezondheid en bijzondere onderwijsgegevens van kinderen die 8 jaar oud waren en in Baltimore County woonden in 2016.
ASD kan al op de leeftijd van 24 maanden worden gediagnosticeerd. In Maryland echter kreeg slechts 48,3 procent van de kinderen met ASS een uitgebreide evaluatie op 36 maanden en de mediane leeftijd bij de vroegste ASS-diagnose was 48 maanden. “Deze vertraging kan de timing voor kinderen die met ASS worden gediagnosticeerd en de benodigde diensten ontvangen, vertragen”, zegt Lee, adjunct directeur van het Wendy Klag Center for Autism and Developmental Disabilities.
De CDC beveelt ouders aan de ontwikkeling van hun kind te volgen, snel te handelen en hun kind te laten screenen als ze zich zorgen maken. Checklists en informatie voor ouders, artsen en kinderopvang providers zijn beschikbaar op http://www.cdc.gov/ActEarly.
Een volledige kopie van het rapport, “Prevalence of Autism Spectrum Disorder Among Children Aged 8 Years-Autism and Developmental Disabilities
Network, 11 Sites, United States, 2016 “is beschikbaar op de CDC-website:
https://www.cdc.gov/mmwr/volumes/69/ss/ss6904a1.htm?s_cid=ss6904a1_w.
Een kopij van het Community Report met individuele statistieken is beschikbaar op: https://www.cdc.gov/ncbddd/autism/addm-community-report/index.html.
Vertaling: Andre Teirlinck