Er is onvoldoende wetenschappelijk bewijs om een causaal verband tussen gewelddadige videogames en gewelddadig gedrag te ondersteunen, volgens een bijgewerkte resolutie aangenomen door de American Psychological Association.
De regerende Raad van Afgevaardigden van APA heeft een taakgroep geplaatst om de resolutie van augustus 2015 te herzien in het licht van vele gelegenheden waarin leden van de media of beleidsmakers die resolutie hebben aangehaald als bewijs dat gewelddadige videogames de oorzaak zijn van gewelddadig gedrag, waaronder massale schietpartijen.
“Geweld is een complex sociaal probleem dat waarschijnlijk voortkomt uit vele factoren die aandacht vragen van onderzoekers, beleidsmakers en het publiek,” zei APA-voorzitter Sandra L. Shullman, PhD. “Het toekennen van geweld aan videogames is niet wetenschappelijk verantwoord en trekt de aandacht weg van andere factoren, zoals een geschiedenis van geweld, waarvan we weten dat het onderzoek een belangrijke voorspeller is van toekomstig geweld.”
De resolutie van 2015 is op 1 maart door de Raad van Afgevaardigden bijgewerkt met deze voorzichtigheid. Op basis van een overzicht van de huidige literatuur bevestigt het nieuwe rapport van de taskforce (PDF, 285 kB) opnieuw dat er een kleine, betrouwbare associatie bestaat tussen gewelddadig gebruik van videogames en agressieve resultaten, zoals schreeuwen en duwen. Deze onderzoeksresultaten zijn echter moeilijk uit te breiden tot meer gewelddadige resultaten. Deze bevindingen weerspiegelen die van een APA literatuuronderzoek (PDF, 413 KB) uitgevoerd in 2015.
APA heeft jarenlang gewerkt aan het bestuderen van de effecten van videogames en andere media op kinderen, terwijl de industrie werd aangemoedigd videogames te ontwerpen met voldoende ouderlijk toezicht. Het heeft er ook op aangedrongen het classificatiesysteem voor videogames te verfijnen om de niveaus en kenmerken van geweld in deze games weer te geven.