Kunstmatige zoetstoffen in combinatie met koolhydraten schadelijker

De invloed van kunstmatige zoetstoffen op de hersenen en het metabolisme is de laatste jaren fel besproken. Sommige studies vonden nadelige effecten op de bloedsuikerspiegel en insulinespiegels en andere dan weer niet. In een studie op 3 maart gepubliceerd in het tijdschrift Cell Metabolism zeggen onderzoekers dat de verschillen in deze studies het gevolg kunnen zijn van hoe de zoetstoffen worden geconsumeerd – of, meer specifiek, waarmee ze samen worden ingenomen.

Onderzoekers melden dat de kunstmatige zoetstof sucralose op zichzelf geen negatieve invloed lijkt te hebben maar wanneer het wordt genomen met een koolhydraat, veroorzaakt het schadelijke veranderingen in de  gevoeligheid voor insuline en vermindert het, volgens metingen met fMRI, de reactie van de hersenen op zoete smaak .

“Toen we aan deze studie begonnen, was de vraag die ons dreef of  al dan niet herhaaldelijk gebruik van een kunstmatige zoetstof leidt tot een verslechtering van het voorspellend vermogen van zoete smaak”, zegt senior auteur Dana Small, neurowetenschapper professor in de psychiatrie en directeur van het Modern Diet and Physiology Research Center aan de Yale University. “Dit zou belangrijk zijn omdat de zoete smaak perceptie het vermogen kan verliezen om metabole reacties te reguleren die het lichaam voorbereiden op het metaboliseren van glucose of koolhydraten in het algemeen.”

Aan het proces namen 45 vrijwilligers deel tussen de 20 en 45 jaar die  normaal geen caloriearme zoetstoffen namen. Ze hadden allemaal een gezond gewicht en geen metabole disfunctie. Buiten het  consumeren van zeven drankjes in het lab gedurende een periode van twee weken, waren er geen veranderingen in hun dieet of andere gewoontes. De onderzoekers hebben studies van de vrijwilligers uitgevoerd voor, tijdens en na de testperiode, inclusief het uitvoeren van fMRI-scans om te kijken naar veranderingen in de hersenen in reactie op zoete smaken, evenals andere smaken zoals zout en zuur.  Ze maten ook de smaakperceptie en deden een orale glucosetolerantie test om te kijken naar de insulinegevoeligheid.

De zoetstoffen werden geconsumeerd als dranken met fruitsmaak waaraan sucralose werd toegevoegd of ter vergelijking met tafelsuiker. In de controlegroep hadden sommige vrijwilligers de koolhydraat maltodextrine toegevoegd aan hun sucralosedranken. De onderzoekers kozen maltodextrine, een niet zoete koolhydraat, om de calorieën te controleren van suiker zonder meer zoete smaak aan de drank toe te voegen. Verrassend genoeg was het deze controlegroep die veranderingen vertoonde in de reactie van de hersenen op

zoete smaak en de insulinegevoeligheid en glucosemetabolisme van het lichaam.  Gezien het verrassend resultaat, voegden de onderzoekers een tweede controlegroep toe waarin de deelnemers alleen dranken namen met maltodextrine. Ze vonden geen bewijs dat het consumeren van maltodextrine bevattende dranken gedurende de periode van zeven dagen de insulinegevoeligheid en glucosemetabolisme veranderden.

“Misschien is het effect het gevolg van het feit dat de darm onnauwkeurige berichten genereert naar de hersenen over het aantal aanwezige calorieën,” zegt Small.  “De darm zou gevoelig zijn voor de sucralose en de maltodextrine en signaleert dat twee keer zoveel calorieën beschikbaar zijn dan daadwerkelijk. Na verloop van tijd kunnen deze onjuiste berichten negatieve effecten hebben door de manier te veranderen waarop hersenen en lichaam reageren op zoete smaak. ”

Ze merkt op dat eerdere studies van kunstmatige zoetstoffen mengen met yoghurt de koolhydraten uit de yoghurt leidden tot dezelfde effecten die hier worden gezien met maltodextrine. Dit zou kunnen verklaren waarom eerdere bevindingen over kunstmatige zoetstoffen met elkaar in conflict waren.

Small zegt dat haar team vergelijkbare studies bij adolescenten begon  was maar ze vroegtijdig moest beëindigen omdat twee van de kinderen door de sucralose koolhydraat combinatie hun nuchtere insuline zagen

omhoogschieten.

“Eerdere studies bij ratten hebben aangetoond dat veranderingen in het vermogen van zoete smaak, te gebruiken om gedrag te sturen, kan leiden tot metabole disfunctie en gewichtstoename na verloop van tijd. We denken dat dit komt door het verbruik van kunstmatige zoetstoffen met energie,” merkt ze op.

“Onze bevindingen suggereren dat het OK is om af en toe een cola light te nemen, maar je moet het niet samen drinken met iets met veel koolhydraten,” zei ze. “Als je frietjes eet, kun je beter normale cola drinken of – beter nog – water. Dit heeft de manier veranderd waarop ik eet, en wat ik mijn zoon voed. Ik heb al mijn vrienden en mijn familie verteld over deze interactie.”

Toekomstige studies zullen kijken of andere kunstmatige zoetstoffen met onder meer natuurlijke zoetstoffen zoals stevia, dezelfde effecten hebben als sucralose. Small verwacht dat dit wel eens zou kunnen. “Het is moeilijk te zeggen, omdat we het mechanisme nog steeds niet volledig begrijpen,” concludeert ze.  “Dat is ook iets dat we hopen verder te bestuderen, vooral bij muizen.”

Vertaling: Andre Teirlinck