Nieuwe ontdekking kan leiden tot betere
beheersing bloedsuikerspiegel
Dick Schrauwen [1]
Veel diabetespatiënten hebben niet alleen problemen
met hun insuline maar ook met de afgifte van het hormoon glucagon
[2]. Onderzoekers aan de Universiteit van Uppsala hebben nu een
regulatiemechanisme ontdekt dat een mogelijkheid zou kunnen bieden
om de bloedsuikerregulatie bij deze patiënten te verbeteren. Het
onderzoek is gepubliceerd in het tijdschrift Diebetologia [3]
Het hormoon glucagon, dat wordt afgegeven door
alfacellen in de pancreas [4], speelt een vitale rol bij de
bloedglucoseregulatie. De afgifte van glucagon wordt normaliter
geremd wanneer de bloedglucoseconcentratie na een maaltijd toeneemt.
Wanneer de glucoseconcentratie weer daalt, hervatten de alfacellen
de afscheiding van glucagon. Daardoor wordt de lever gestimuleerd om
(als glycogeen opgeslagen) glucose in het bloed af te geven. Dit
mechanisme voorkomt dat de bloedsuikerspiegel gevaarlijk lage
niveaus bereikt tussen maaltijden en tijdens het vasten.
In veel opzichten werkt glucagon tegengesteld aan
het beter bekende hormoon insuline. Insuline verlaagt de
bloedglucose en dit hormoon komt in onvoldoende hoeveelheden vrij
bij diabetes. Veel diabetespatiënten vertonen echter ook een
gestoorde glucagon-afgifte. Zo wordt glucagon vaak gestimuleerd na
een maaltijd. Dat verergert de reeds hoge bloedsuikerspiegel van de
patiënt. Aan de andere kant is er onvoldoende afgifte van glucagon
wanneer de bloedglucose te laag wordt. Dat kan levensbedreigend kan
zijn bij diabetespatiënten die zichzelf insuline toedienen.
Ondanks de essentiële functies van glucagon is er
weinig bekend over de manier waarop bloedglucose de afgifte van dit
hormoon aanstuurt. Door gebruik van geavanceerde
microscopietechnieken waarmee de ze verschillende signaalmoleculen
in alfacellen in beeld brachten, hebben onderzoekers aan de
Universiteit van Uppsala een nieuw reguleringsmechanisme ontdekt.
De afgifte van bijna alle hormonen wordt geactiveerd
wanneer de concentratie van calciumionen (Ca2+) onder het
celmembraan toeneemt. In alfacellen is het calciumgehalte echter al
verhoogd ongeacht of de glucoseconcentratie laag of hoog is. Dus
alhoewel calcium nodig is om glucagon vrij te maken, lijkt het erop
dat er een ander signaal bestaat dat bepaalt hoeveel glucagon er
wordt afgescheiden.
De onderzoekers kregen het signaalmolecuul `cyclisch
adenosinemonofosfaat (cAMP)` [5] in beeld. Dit molecuul kan op
zichzelf geen hormoonafgifte veroorzaken maar het versterkt het
effect van calcium. Zodoende werd ontdekt dat glucose invloed heeft
op de cAMP-niveaus op een manier die overeenkomt met
glucagonsecretie.
Door de cAMP-niveaus constant hoog te houden in de
cellen kan het regulerende effect van glucose worden voorkomen. De
ontdekking dat bloedglucose glucagon-afgifte regelt door directe
effecten op het cAMP-niveau in de alfacellen is belangrijk omdat
deze ontdekking kan leiden tot nieuwe mogelijkheden om de
glucoseregulatie bij diabetespatiënten te verbeteren.
Verwijzingen
[1] Bewerking van onderstaand persbericht
-
https://www.uu.se/en/news-media/news/article/?id=12460&area=2,4,10,16,40&typ=artikel&lang=en
[2] Insuline, glucagon
-
https://www.diabetesfonds.nl/over-diabetes/diabetes-in-het-algemeen/woordenboek/glucagon
[3] Publicatie: Yu, Q., Shuai, H., Ahooghalandari,
P., Gylfe, E., Tengholm, A. 2019. Glucose controls glucagon
secretion by directly modulating cAMP in alpha cells. Diabetologia,
doi: 10.1007/s00125-019-4857-6
- https://link.springer.com/article/10.1007/s00125-019-4857-6
[4] Alfa-, bèta-, en deltacellen in de pancreas
-
https://encyclopedie.medicinfo.nl/hormonen-van-de-alvleesklier/44f5856c098249caa98a54a26d9e05e4
[5] Cyclisch adenosinemonofosfaat (cAMP)
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Cyclisch_adenosinemonofosfaat
April 2019
Op zoek naar een natuurlijke
multivitamine?
Disclaimer
|
Raadpleeg bij medische klachten altijd
eerst een arts
of medisch specialist. De informatie op
deze site is niet bedoeld als vervanging van de diensten of informatie van
medische professionals en/of zorgverlenende instanties, noch kunnen bezoekers diagnostische of therapeutische waarde hechten
aan deze informatie voor de eigen medische situatie of die van
anderen. |