Staatssecretaris Blokhuis gaat lachgas voor oneigenlijk recreatief gebruik verbieden door het op lijst II van de Opiumwet te plaatsen. Dit besluit volgt op een risicobeoordeling van lachgas door het CAM. De afgelopen jaren wordt lachgas steeds vaker als recreatief roesmiddel gebruikt, wat leidt tot risico’s voor de volksgezondheid, overlast en verkeersongevallen. Lachgas is oorspronkelijk bedoeld voor onder meer gebruik in slagroomspuiten in de horeca. Deze ‘eigenlijke toepassingen’ van lachgas worden van het verbod vrijgesteld.
Niet zo onschuldig als het lijkt
Staatssecretaris Blokhuis: “We kunnen de risico’s met de gezondheid van met name jongeren niet langer accepteren. De beoordeling van het CAM laat zien dat het recreatief gebruik van lachgas ontzettend schadelijk kan zijn en zelfs bij beperkt gebruik al tot serieuze gezondheidsschade kan leiden. Een ‘ballonnetje’ is echt niet zo onschuldig als het lijkt, dat wordt nu duidelijk. Het recreatief gebruik van lachgas heeft zich ontwikkeld tot een drugsprobleem en daarmee is de Opiumwet de juiste route om dit aan te pakken. Maar we willen de aanbieders en gebruikers van lachgas, zoals het eigenlijk bedoeld is, hiermee niet onevenredig benadelen. Het moet immers gewoon blijven om een toef slagroom bij je appeltaart te kunnen bestellen”.
Uitzondering voor eigenlijke toepassing
Omdat lachgas veel eigenlijke toepassingen heeft, wordt er een algemene uitzondering gemaakt in het Opiumwetbesluit zodat die toepassingen blijven toegestaan. De aanbieders en gebruikers van de eigenlijke toepassingen van lachgas moeten zo min mogelijk worden geraakt door de maatregel. Daarvoor is het belangrijk dat er een duidelijke definitie komt van wat die ‘eigenlijke toepassingen van lachgas’ precies zijn.
Staatssecretaris Blokhuis en minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid gaan de komende periode in gesprek met zowel de ‘eigenlijke’ aanbieders en gebruikers zoals groothandels, detailhandels, horeca en gasproducenten, als ook de IGJ, de politie en het Openbaar Ministerie. Daarnaast dient de beschikbaarheid van medicinaal lachgas in de zorg niet door de maatregel te worden geraakt.
Substantieel risico
Het besluit tot deze maatregelen volgt op de risicobeoordeling van het CAM (Coördinatiepunt Assessment en Monitoring nieuwe drugs). Het CAM beoordeelt dat het risico van lachgasgebruik substantieel is. Bij excessief gebruik treden gezondheidsincidenten op, maar ook na een enkele keer kan al sprake zijn van ernstige neurologische schade in het geval iemand een vitamine B12-tekort heeft. Vaak weten mensen met een B12-tekort dit niet van zichzelf.
Waar het Nationaal Vergiftigingen en Informatiecentrum (NVIC) in 2017 48 meldingen van gezondheidsklachten na gebruik van lachgas registreerde, waren dit er in de eerste helft van 2019 al 67. Het gebruik is wijdverspreid; het gaat vooral om jongvolwassenen, waaronder veel kwetsbare, jonge en onervaren gebruikers. Bovendien leidt gebruik tot een toenemende hoeveelheid overlast en problemen in het verkeer. Plaatsing onder de Opiumwet is volgens het CAM dan ook gerechtvaardigd.
Preventie
Ook preventie en goede voorlichting over de risico’s van lachgas blijven onverminderd belangrijk. Het preventie- en voorlichtingsmateriaal over lachgas zal naar aanleiding hiervan worden herzien. Minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat zet in op het voorkomen van het gebruik van lachgas in het verkeer. Zo heeft zij TeamAlert gevraagd een online campagne te ontwikkelen om jongeren te wijzen op de gevaren hiervan.