Nieuw onderzoek van neurowetenschappers van de Universiteit van Alberta toont aan dat de hersenen van adolescenten die worstelen met psychische problemen anders kunnen zijn dan die van hun gezonde leeftijdsgenoten.
Bij dit onderzoek, geleid door Anthony Singhal, professor en voorzitter van de afdeling Psychologie, waren adolescenten tussen de 14 en 17 jaar oud met een geschiedenis van psychische problemen, waaronder depressie, angst en ADHD. Deze groep tieners ontving MRI-scans (Magnetic Resonance Imaging) die waren ontworpen om de witte stof in hun hersenen te onderzoeken en werden vergeleken met scans van een tweede stel adolescenten in dezelfde leeftijdscategorie die geen geschiedenis van geestelijke gezondheidsproblemen hadden.
De resultaten van de studie tonen duidelijke verschillen in connectieve neurale paden, als een functie van cognitieve controle, tussen de gezonde adolescenten en degenen die worstelen met psychische problemen.
“We zagen routes die minder structureel efficiënt waren bij de patiënten in vergelijking met de gezonde controles”, legt Singhal uit, die ook lid is van UAlberta’s Neuroscience and Mental Health Institute (NHMI). “Bovendien, die observaties gecorreleerd met aandacht controle test scores. Met andere woorden, minder neurale efficiëntie in belangrijke paden werd geassocieerd met een algehele verminderde neiging om aandacht te richten.”
Bron: Universiteit van Alberta