In haar oratie gaat Annemarie van Wezel in op het gebruik en de risico’s van synthetische chemicaliën en hoe deze risico’s ingeperkt kunnen worden.
Je ziet ze niet, maar ze zijn overal. Synthetische stoffen zijn anno (bijna) 2020 verweven met ons dagelijks leven. Als maatschappij produceren en gebruiken we steeds meer synthetische stoffen, in steeds grotere volumes.
We houden van de functionaliteiten die de chemie ons biedt, zoals gezondheid en veiligheid; tegelijkertijd weten we niet om welke stoffen het precies gaat en welke risico’s deze meebrengen. We vrezen de mogelijke negatieve effecten van de stapeling van chemie voor onze eigen gezondheid maar ook voor ons milieu, en willen deze graag voorkomen. Dit leidt tot behoorlijk wat ‘gedoe’, schetst Van Wezel, zoals te zien in de actuele debatten over PFAS, glyfosaat en microplastics
. De risico’s van stoffen zijn relevant met betrekking tot de wens tot een circulaire economie en ook om het verlies van biodiversiteit tegen te gaan. Tegelijk zijn er veel mogelijkheden om deze risico’s tegen te gaan en er – onder meer via slimme regelgeving – voor te zorgen dat we vanuit Europa concurrerend zijn wat betreft duurzaam gebruik van chemie.
Mw. prof. dr. A.P. van Wezel, hoogleraar Environmental Ecology: Hemophobia/Chemophilia.
Met dank aan de Universiteit van Amsterdam