Pesticiden worden opgeslagen in het vetweefsel
FAR EASTERN FEDERAL UNIVERSITY
Pesticiden hopen zich op in een lichaam met een hoog
lichaamsvetgehalte. Dit werd geconcludeerd door
wetenschappers van de Far Eastern Federal University
(FEFU) die jarenlang zeevogels en zeezoogdieren in de
Zee van Ochotsk en de Beringzee hebben bestudeerd. De
studiecyclus wordt gesubsidieerd door de Russische
Science Foundation (No. 14-50-00034).
In een wetenschappelijk artikel, gepubliceerd in het
bekende blad Marine Pollution Bulletin, presenteerde een
groep auteurs (waaronder Vasiliy Tsygankov, hoofd van
het Laboratory of Environmental Biotechnology en
hoogleraar aan de School of Biomedicine van de FEFU;
Olga Lukyanova, Hoofd Research van het Pacific Research
Fisheries Center (TINRO-Center) en professor aan de
School of Natural Sciences van de FEFU; en Margarita
Boyarova, hoogleraar aan de School of Biomedicine van de
FEFU) de uitkomsten van een studie over het
opeenhopingseffect van organochloorpesticiden (OCP’s) in
de lichamen van zeevogels en zeezoogdieren in het
noordwestelijke gedeelte van de Stille Oceaan.
OCP’s zijn synthetische bestrijdingsmiddelen afgeleid
uit chloorkoolstof. Ze worden uitgebreid ingezet in de
chemische industrie en de landbouw. OCP’s zijn zeer
giftig, hebben een lange desintegratieperiode, en kunnen
zich ophopen in het vetweefsel en de interne organen van
levende wezens. Veel van deze substanties, zoals DDT
(dichloordifenyltrichloorethaan) en zijn metabolieten
vallen onder de door de Stockholm Conventie ontwikkelde
“Dirty Dozen”.
Hoewel pesticiden ingezet worden om bepaalde
schadelijke organismen te vernietigen, hebben ze vaak
ook een zeer schadelijk effect op niet-doelsoorten.
De wetenschappers concludeerden dat hoe hoger de
plaats is van een organisme in de voedselketen, hoe meer
gifstoffen in zijn lichaam kunnen ophopen. De studie
wijst er ook op dat langlevende soorten in hun organen
meer pesticiden ophopen dan de soorten met een kortere
levenscyclus. Bijvoorbeeld: in kleine vissen bevinden
zich weinig pesticiden, maar in zeevogels, zoogdieren en
carnivoren die zulke kleine vissen eten, is de
concentratie van OCP’s veel hoger.
Onderwerp van de studie was het verzamelde materiaal
uit grijze walvissen, walrussen uit de Stille Oceaan en
zeevogels (noordse stormvogel, fuut, alk, diksnavelmeeuw
en grijze stormvogel).
De wetenschappers benadrukken de algemeen hoge
niveaus van OCP concentraties in de organen van
zeevogels en zeezoogdieren en dat het vervuilingsniveau
in de zoogdieren specifiek hoger was door het hogere
vetgehalte.
De concentratie van OCP’s in de organen van de
zoogdieren in de Beringzee is lager dan in de organen
van soortgelijke organismen uit andere regio’s van de
Stille Oceaan. Tegelijkertijd concludeerde het team, na
evaluatie van de status van ecosystemen in de Beringzee
en de Zee van Ochotsk, dat het pesticidengehalte in dit
gebied bijna hetzelfde is als in andere sub-Arctische
gebieden in de Wereldoceaan.
Het niveau van OCP accumulatie in zee-organismen is
een belangrijke indicator voor de wereldwijde
milieustatus. Deze parameter wordt meegewogen in het
ecologisch monitoren van zowel het locale als het
globale traject. Door het bestuderen van OCP
concentraties in de lichamen van zeeorganismen met lange
levenscycli kunnen wetenschappers het totale gehalte aan
pesticidevervuiling in de oceaan vaststellen. Aan de
andere kant helpt het bestuderen van vissen hen om de
locale ecologische status te controleren.
Onder de door de wetenschappers opgetekende bronnen
van pesticidevervuiling zijn er ook wereldwijde
atmosferische processen, aangezien OCP zelfs in
zoogdieren aangetroffen werd die in pesticidevrije
gebieden leven.
“Organochloorpesticiden vormen een ernstige
bedreiging voor de mensheid, en deze situatie verergert
met de tijd. De concentratie OCP’s in de Indische Oceaan
bijvoorbeeld groeit voortdurend door de acties van China
en India. Ook de VS produceert pesticiden voor de
handel,” is het commentaar van Kirill Golokhvast,
provoost van het onderzoek aan de FEFU en doctor in de
biologie.
Vertaling: Ellen Lam