Bruce Blumberg PhD, department of development and
cell biology U C Irvine
Presentatie: Blootstelling van de mens aan
milieuvervuilende stoffen vanaf de conceptie, gezondheid
ten aanzien van stofwisseling. Het gaat om chemicaliën
die die ons gewicht beïnvloeden die obesogenen
(obesogons) worden genoemd.
Obesitas wordt gezien als een epidemie/ pandemie
wereldwijd. De chemicaliën die het gewicht beïnvloeden
zijn overvloedig aanwezig in het milieu en ons voedsel.
Blootstelling hieraan verandert de reactie van het
lichaam op voedsel. Effecten van prenatale blootstelling
kunnen worden doorgegeven aan volgende generaties.
39,6% van de bevolking in de VS heeft klinisch obesitas
(BMI > 30). Vier procent meer dan in 2015. Bij mannen is
dit 37,9 % en bij vrouwen 41,1%. Disproportioneel komt
dit voor bij minderheidsgroepen: 46,8% bij
Afro-Amerikanen, 47% Latino’s maar slechts 12,7% bij
Aziaten.
De gezondheidskosten zijn 20,6 % van de totale
gezondheidskosten.
Obesitas wordt geassocieerd met:
Stofwisseling – type 2-diabetes, hart- en vaatziekte,
hypertensie, hartaanvallen en kanker.
Hoe krijgen we obesitas? ‘Het bank- aardappelen
syndroom’ = te veel eten/ te weinig beweging. Dit kan
echter niet de epidemie verklaren. Beweging heeft een
beperkt effect op gewichtsverlies. Wat betreft de genen
verklaart maar 2,7% hiervan het verschil in BMI.
Gebruikelijke genetische varianten kunnen naar schatting
20% van de menselijke obesitas verklaren.
Milieu, onafhankelijk van dieet of lichaamsbeweging:
Laboratorium en wilde dieren nemen op dezelfde manier
toe in gewicht als mensen. (Bv. ratten in steden)/
BMI-volwassenen in de VS in 2006 2,3 keer hoger dan in
1988, bij een zekere calorie inname en energieverbruik.
(Vermoedelijk een omrekening)
Andere oorzaken obesitas? Stress, onvoldoende slaap,
virussen.
Ontwikkeling van gezondheid en ziekte in utero
(baarmoeder) studieresultaten: De belangrijkste
resultaten (Southampton studies, Nederlandse
Hongerwinter, roken) – Verminderde groei foetus en
veranderingen van de foetus blijven van invloed op de
rest van het leven.
Welke rol spelen chemicaliën in de stijging van
obesitas? Baille-Hamilton studie ‘de rol van giftige
chemicaliën 2002 en Heindel studie 2003 –
hormoonontregelaars en de obesitas epidemie. Resultaat:
veel chemicaliën hebben effect op het hormoonsysteem.
Hormoon verstorende chemicaliën (EDC’s) hebben invloed
op vele organen. Hierdoor verkeerde signaal, geen
signaal, verkeerde plaats, verkeerde tijd.
(Ontregeling). Hormonen werken op lage concentraties en
dat geldt ook voor EDC’s.
Hoe worden we hieraan blootgesteld? Vervuiling
(voedsel,water) , pesticiden, verpakking, cosmetica,
schoonmaakmiddelen. Blootstelling vroeg in het leven
heeft gevolgen voor later.
Meer dan 80% van de mensen die veel gewicht verliezen,
nemen daarna toch weer toe in gewicht. Een van de
redenen is dat het hormoonsysteem hierbij is betrokken.
Obesogenen stimuleren de verandering van cellen in
vetcellen en vetopslag. Zij veranderen de controle over
honger en verzadiging. (Metabolisme – door voedsel
gegenereerde warmte en energie)
Vijftig obesogenen geïdentificeerd: Chemische en
farmaceutische stoffen. Praktisch elk aspect van je
leven wordt beïnvloed: medicijnen-farma,
conserveermiddelen, vinyl vloeren, plastics,
desinfectiemiddelen, verf, oplosmiddelen, cosmetica
(shampoo, oogschaduw, lipstick, bodylotion etc.),
hulpmiddelen (sealen) tandarts.
Er wordt verwezen naar bijvoorbeeld Tributyltin (TBT)
een aangroei werend product. (Verf, conserveermiddelen,
vinyl, plastic). Proeven met muizen waaruit vetophoping
bevestigd werd, prenataal problemen dan zwaarder later
in het leven. Effecten zijn erfelijk. Cellen werken niet
normaal, reageren niet op signalen uit het lichaam. (4
generaties).
Dieet en beweging alleen zijn onvoldoende om obesitas
epidemie te verklaren. Obesogonen stimuleren vetopslag
en maken ongezonde vetcellen. Van invloed ook
voorgeschreven medicijnen Thiazolidinedione tegen
diabetes, Atypische antipsychotica, antidepressiva.
Milieuvervuiling organotins, estrogenen (BPAY/DEHP,
PFOA’s). Veel schimmelremmers, organofosfaten,
parabenen)
Prenatale blootstelling obesogenen laat epi genetische
(erfelijke) veranderingen zien en latere obesitas
aanleg.
Naar mijn beleving gaat het bij blootstelling om een
vertraagde groei van het ongeboren kind, waarbij cellen
zodanig worden beïnvloed, dat het leidt tot obesitas
later en de erfelijkheid hiervan.
Wim Verhoeven vertaald onder voorbehoud van fouten door
gebrek aan expertise.
23/10/2018