Metabolieten van darmmicroben houden ontsteking op
afstand
Minder ontstekingsreacties bij leververvetting door
twee tryptofaanmetabolieten van darmbacteriën, aldus
onderzoek
TUFTS UNIVERSITY
Onderzoekers van de Tufts University hebben een
mechanisme toegelicht dat ervoor zorgt dat de “goede”
bacteriën die in de darmen leven ons kunnen helpen
beschermen tegen ontsteking. Ook tonen zij hoe een
verstoring van de balans in de darmen (dysbiose) de
gevoeligheid voor ernstigere vormen van ziekte kan
verhogen. De studie, nu te lezen in het tijdschrift Cell
Reports, identificeerde twee belangrijke metabolieten,
geproduceerd door de bacteriën in muizen, die
ontstekingsreacties in het lichaam reguleren en die
uiteindelijk de ernst van niet-alcoholische
leververvetting (NAFLD) kunnen verminderen.
NAFLD is een veelvoorkomende ziekte die tot wel 25
procent van de volwassenen treft in Westerse landen,
gelijk oplopend met trends als obesitas en diabetes. De
ernst van de symptomen kan variëren van gewone steatose
(leververvetting) die goedaardig en asymptomatisch is,
tot niet-alcoholische steatose hepatitis
(leverontsteking) ofwel NASH, wat gekenmerkt wordt door
leverontsteking, zwelling en fibrose en kan resulteren
in cirrose en leverkanker.
Mensen die een vetrijk voedingspatroon hebben lopen
meer kans op NAFLD. Als dit voedingspatroon aan muizen
wordt gegeven blijkt dat hun darmmicrobioom al binnen
een paar weken aanzienlijk van karakter verandert,
waarbij sommige bacteriestammen toenemen en andere
afnemen. Tegelijkertijd bleek uit onderzoek van de
metabolieten in het spijsverteringskanaal, het serum en
de lever van de muizen, dat er enige metabolieten
voorkwamen waarvan bekend is dat ze verband houden met
een verschuiving in de samenstelling van het
darmmicrobioom, vergeleken met het darmmicrobioom van
muizen op een vetarm dieet. Drie van die metabolieten (
tryptamine (TA), indool-3-acetaat (I3A) en
xanthureenzuur) bleken significant te zijn afgenomen bij
muizen op een vetrijk dieet.
“Dat is slecht nieuws voor de lever,” zegt Kyongbum
Lee, hoogleraar scheikunde- en biotechnologie aan de
School of Engineering van Tufts. “We toonden aan dat
twee van deze metabolieten, I3A en TA, de effecten van
ontsteking op verschillende manieren verzachten. Als ze
verdwijnen kan dat ertoe leiden dat de ziekte ernstigere
vormen gaat aannemen.”
Sommige van die effecten van I3A en TA zijn onder
andere verlaging van het niveau van
ontstekingsbevorderende moleculen (ofwel cytokines)
zoals tumornecrosefactor alfa, interleukine-1-bèta en
het signaaleiwit MCP-1. De laatste gedraagt zich als
aantrekker van macrofagen, die op hun beurt meer
cytokines produceren. Al deze ontstekingsfactoren worden
in werking gesteld door de ophoping van vrije vetzuren
in het serum en de lever, het merkteken van NAFLD en het
gevolg van een ongezond vetrijk dieet.
Er werd ook gekeken of I3A en TA weer ingevoerd
konden worden in de darmen om bij te dragen aan de
behandeling van de muizen met een ernstigere vorm van
NAFLD. Het bleek echter dat hoge TA-niveaus toxisch
zijn. “Onze focus ligt nu op I3A, we gaan kijken deze of
andere microbiële metabolieten het verloop van de ziekte
kunnen veranderen,” aldus Lee.
Vertaling: A. Zwart