Ongelijkwaardige blootstelling aan toxines kan diabetes verergeren bij minderheden

Volgens een nieuw artikel in de uitgave van Diabetes Care is een oneerlijke blootstelling aan milieuvervuilers die als hormoonverstorende chemicaliën bekend staan een onderbelichte risicofactor die een belangrijke rol speelt in het verhogen van diabetes onder minderheids- en lage inkomensgroepen.

Hormoonverstorende chemicaliën verstoren het vermogen van het lichaam om hormonen te produceren of erop te reageren. Veel van deze chemicaliën kunnen de productie van insuline verhinderen - een door de alvleesklier geproduceerd hormoon die het gebruik van suiker uit voedsel of brandstoffen regelt. Het onvermogen om op de juiste manier insuline te produceren of te gebruiken veroorzaakt diabetes, een aandoening die ca. 24 miljoen Amerikanen treft.

Vergeleken met blanken wordt het risico op de ontwikkeling van diabetes 66% hoger geschat bij latino’s, en 77% hoger bij zwarte bevolkingsgroepen. Ca. 18% van de zwarten en 20% van de latino’s hebben diabetes, vergeleken met 9% van de blanken.

Hoewel er studies zijn naar de ongelijkwaardigheden in blootstelling van hormoonverstorende chemicaliën - en deze zelfde chemicaliën in verband brachten met een verhoogde ontwikkeling van diabetes - werd nergens de connectie gemaakt dat over-exposure aan deze chemicaliën bijdraagt aan steeds meer voorkomende diabetes bij minderheids- en lage inkomensgroepen.

“Het juk van diabetes wordt niet onverdeeld door de samenleving gedragen,” zegt dr. Robert Sargis, universitair docent endocrinologie, diabetes en metabolisme van het UIC College of Medicine, en één van de hoofdauteurs van het document. “Om deze ongelijkheid aan te pakken is het nodig dat we alle samenhangende factoren te weten komen.”

Zwart, latino en lage inkomensgroepen hebben historisch gezien de zwaarste diabetes-last gedragen. Verdiepende studies worden nu gedaan naar de rol van disproportionele milieublootstelling bij diabetes onder deze groeperingen,” zegt Daniel Ruiz, promovendus aan de universiteit van Chicago en co-auteur van het document.

Minderheids- en lage inkomensgroepen wonen eerder in wijken met een productiefabriek, of in de buurt van grote bronnen van luchtvervuiling zoals snelwegen of landbouwgebieden, zegt Sargis. “Veel sociale en culturele factoren hebben gezamenlijk bijgedragen aan het feit dat deze groepen traditioneel gezien in gedegradeerde gebieden woonden waar giftige blootstellingen eerder kunnen voorkomen,” zegt hij.

Sargis en collega’s zochten in de medische literatuur van 1966 tot 2016 naar documenten waarin associaties tussen hormoonverstorende chemicaliën en diabetes opgetekend waren, en naar rapporten over raciale, etnische en/of sociaaleconomische ongelijkheden in blootstelling aan hormoonverstorende chemicaliën die bekend staan om hun bijdrage aan stofwisselingsziekten, waaronder diabetes.

Ze ontdekten 36 studies die vijf types hormoonverstorende chemicaliën benoemden (polychloorbyfenylen of PCB’s, organochloride pesticiden, chemicaliën in luchtvervuiling gerelateerd aan het verkeer, bisfenol A of BPA, en ftalaten) en de risico’s op diabetes. Plus 33 studies die gegevens hadden over de verschillende blootstellingen aan deze chemicaliën.

“Het merendeel van de studies die we bekeken meldden dat het gevaar voor blootstelling aan hormoonverstorende chemicalien bij gekleurde, lage inkomensgroepen disproportioneel was,” zegt Sargis.

“We moeten onze manier van denken veranderen over deze ongelijkheden om hun bijdrage aan milieuvervuiling mee te tellen, zegt Sargis. “De wetenschap dat deze risicofactoren bestaan vormt een gelegenheid om deze in te perken en te focussen op beleidsmaatregelen om risico’s te verlagen.”

De onderzoekers keken ook naar medische studies gericht op het verlagen van niveaus van hormoonverstorende chemicaliën in mensen. Gebaseerd op deze studies maakten zij een lijst van bronnen van elk van de vijf bestudeerde chemicaliën - plus aparte specifieke blootstellingverlagende strategieën - met als doel dit met gezondheidswerkers te delen.

“Zorgverleners moeten zich niet alleen meer bewust worden van de impact van milieublootstellingen op de gezondheid van hun patiënten, maar zouden ook de mogelijkheden moeten hebben om hen te helpen om blootstelling te verminderen door patiëntenvoorlichting,” zegt Sargis.

Vertaling: Ellen Lam


 

Steun ons kenniswerk, winkel eens in de Leefbewust winkel


Naar het overige nieuws van vandaag