Chronisch vermoeidheidssyndroom gelinkt aan onbalans in
darmflora
Wetenschappers hebben abnormale aantallen van specifieke
darmbacterien gevonden bij personen met het chronisch
vermoeidheidssyndroom, inclusief degenen met en zonder comorbide PDS
(prikkelbare darm syndroom).
COLUMBIA UNIVERSITY'S MAILMAN SCHOOL OF PUBLIC HEALTH
Wetenschappers van het Center for Infection and Immunity (CII)
aan de Columbia University's Mailman School of Public Health hebben
uitzonderlijke aantallen specifieke darmbacterien, gerelateerd aan
het chronisch vermoeidheidssyndroom / myalgische encefalomyelitis,
of ME/CVS, ontdekt bij patienten met en zonder gelijktijdig
prikkelbare darm syndroom, of PDS. Deze bevindingen zijn
gepubliceerd in het tijdschrift Microbiome.
De studie is een van de eerste die een disbalans in de
darmbacterien uitzoekt bij personen met ME/CVS en IBS. ME/CVS is een
complexe verzwakkende aandoening gekenmerkt door extreme moeheid na
inspanning en andere symptomen zoals spier-en gewrichtspijn,
cognitieve stoornissen, slaapstoornissen en orthostatische
intolerantie. Ruim 90 procent van de patienten met ME/CVS heeft ook
PDS.
De onderzoekers volgden vijftig patienten en vijftig gematchte
gezonde controlepersonen, geworven op vier ME/CVS medische websites.
Men werd getest op bacteriesoorten in de ontlasting en op
immuunmoleculen in bloedmonsters.
Ze rapporteren:
-De aantallen onderscheiden soorten darmbacterien
--Faecalibacterium, Roseburia, Dorea, Coprococcus, Clostridium,
Ruminococcus, Coprobacillus-- , waren sterk geassiocieerd met
ME/CVS; hun gecombineerde relatieve overvloed bleek voorspellend te
zijn voor de diagnose.
-Toegenomen overvloed van ongeclassificeerde Alistipes en
afgenomen Faecalibacterium waren de grootste biomarkers van ME/CVS
in cominatie met PDS, waar toegenomen ongeclassificeerde Bacteroides
overvloed en verminderde Bacteroides vulgatus de grootste biomarkers
waren van ME/CVS zonder PDS.
-Een analyse van bacteriele metabolische reactiepaden
geassiocieerd met verstoringen in de darmbacterien onthulde
duidelijke verschillen tussen ME/CVS en ME/CVS-subgroepen in
vergelijking met de gezonde controlegroepen.
-In ME/CVS-subgroepen correleerden metingen van de ernst van de
symptomen, waaronder pijn en vermoeidheid met de overvloed van
verschillende bacetrie-types en metabolische reactiepaden.
-Er werden geen veranderingen waargenomen in de
immuun-markers--een bevinding die het tekort aan deelnemers die een
korte tijd ziek waren, zou kunnen weergeven; eerdere onderzoeken
suggereerde dat immuunveranderingen enkel zichtbaar zijn wanneer
kort- en langdurende gevallen vergeleken worden.
“Personen met ME/CVS hebben een onderscheidende mix van
darmbacterien en gerelateerde metabolische stoornissen die van
invloed kunnen zijn op de ernst van hun ziekte”, aldus
co-hoofdonderzoeker Dorottya Nagy-Szakal, postdoctoraal
onderzoekswetenschapper aan het CII.
“Onze analyses suggereren dat we patienten met ME/CVS zouden
kunnen suptyperen door hun faecaal microbioom te analyseren”, zegt
co-hoofdonderzoeker Brent L. Williams, assistent-professor
Pathologie en Celbiologie aan het CII. Subtyperen zou kunnen zorgen
voor aanwijzingen om de verschillen in het manifesteren van ziekte
te begrijpen.”.
“Net als PDS kan ME/CVS een storing met zich meebrengen in de
bidirectionele communicatie tussen de hersenen en de darmen,
gemedieerd door bacterien, hun metabolieten en de moleculen die ze
beinvloeden” aldus seniorauteur W. Ian Lipkin, directeur van het CII
en John Snow, professor Epidemiologie aan de Columbia's Mailman
School. “Door de bacterien die specifiek betrokken zijn te
identificeren, zijn we een stap dichterbij een meer accurate
diagnose en gerichte therapieen.”.
Vertaling: Arnoud
