Hoe insuline in de hersenen het persoonlijke hongergevoel kan
onderdrukken.
DEUTSCHES ZENTRUM FUER DIABETESFORSCHUNG DZD
Eetgedrag en het persoonlijke hongergevoel worden gereguleerd
door een verscheidenheid van hormonen. Een sleutelrol wordt hier
gespeeld door het hormoon insuline omdat het niet alleen actief in
het lichaam is, maar ook in de hersenen. Het was al eerder bekend
dat insuline werkt in het homeostatisch gebied (hypothalamus).
Nu,
echter, hebben onderzoekers ontdekt dat het hormoon ook actief is in
andere gebieden van de hersenen.
Onderzoekers van het Institute for Diabetes Research and Metabolic
Diseases van het Helmholtz Zentrum München aan de University of
Tübingen, een partner van de DZD, hebben verder de invloed van
insuline in de hersenen ontcijferd, alsmede de invloed ervan op het
persoonlijke hongergevoel en hebben hun bevindingen gepubliceerd in
Scientific Reports, een natuur-onderzoeks tijdschrift.
Om de manier van werken van insuline beter te kunnen begrijpen,
dienden onderzoekers insuline intranasaal toe bij gezonde jonge
volwassenen. Door het gebruik van het hormoon via een neusspray
wordt de hersenbloedbarriere omzeild en bereikt de insuline de
hersenen direct. In de studie “snoven” 25 magere, 10 te zware en 12
deelnemers met obesitas de insuline of de placebo. Vervolgens werd
hersenactiviteit gevisualiseerd en opgenomen middels een functional
magnetic resonance imaging (fMRI)-scan.
Het resultaat bij alle deelnemers: door de neus toegediende
insuline verbetert functionele connectiviteit in de prefrontale
regio's van het “default-mode network (DMN)”, een groep van
hersengebieden die worden geactiveerd wanneer een persoon in rust is
en geen taken uitvoert. Dit gebied is essentiëel bij cognitieve
processen. Daarnaast wordt de functionele connectiviteit tussen de
DMN en de hippocampus alsmede de hypothalamus versterkt.
Deze veranderingen in de hersenen beïnvloeden ook eetgedrag en
wijzigen de relatie tussen vetzucht en het hongergevoel. In feite,
mensen met veel visceraal vetweefsel hebben een vergroot
hongergevoel.
“De door insuline vermeerderde activiteit tussen de
DMN en de hippocampus onderdrukt de relatie tussen vetweefsel en het
persoonljke hongergevoel.”, zegt Stephanie Kullmann, auteur van de
studie. De deelnemers aan de studie voelden minder honger nadat hun
intranasaal insuline was toegediend.
Daarnaast zagen onderzoekers dat insuline in de hersenen ook het
effect van het hormoon in het lichaam verbeterde. Deelnemers van de
studie met, door insuline opgewekte, toegenomen functionele
connectiviteit in de DMN hebben een hogere insuline-gevoeligheid in
het lichaam. Dit gaat obesitas en diabetes type 2 tegen.
De huidige resutaten laten zien dat insuline in de hersenen—als
gevolg van toegenomen functionele connectiviteit tussen cognitieve
en homeostatische gebieden-- eetgedrag kan helpen reguleren en zo
helpend kan zijn bij gewichtsverlies.
Vertaling: Arnoud