Sulforafaan, een plantenstof in broccolikiemen, helpt bij
obesitas
KANAZAWA UNIVERSITY
Van sulforafaan, een plantenstof die in relatief hoge
concentraties voorkomt in broccolikiemen, is al bekend dat het
resultaten oplevert bij kankerpreventie. Dit gebeurt door activering
van een transcriptiefactor, Nrf2 (nuclear factor (erythroid-derived
2)-like 2), die de balans van oxidatiereductie reguleert in de cel.
Ook zorgt Nfr2 voor vergroting van het antioxidatie-vermogen van het
lichaam en voor de ontgifting van chemische stoffen die ons lichaam.
Aan de andere kant, als het evenwicht in oxidatiereductie is
verslechterd vanwege overeten en obesitas, blijkt het gerelateerd te
zijn aan het ontstaan van verschillende ziektes. De effecten van
sulforafaan op obesitas waren echter onduidelijk.
In het huidige onderzoek vergeleken de onderzoekers van Kanawa
University, in samenwerking met Kogome Co., Ltd., het effect op het
lichaamsgewicht van de muizen die vetrijk eten kregen, aangevuld met
sulforafaan, met de controlegroep die ook vetrijk voedsel kreeg maar
zonder sulforafaan. De bevinding was dat de muizen die sulforafaan
kregen 15% minder toename in lichaamsgewicht vertoonden dan de
muizen zonder sulforafaan. Tevens vond er 20% afname in visceraal
vet plaats, plus een afname in de verergering van steatose hepatitis
(leverontsteking) en een verlaging van het bloedglucoseniveau.
Nader onderzoek leidde tot de volgende waarnemingen:
1) Sulforafaan verhoogt het niveau van UCP-1 (uncoupling protein 1)
en versnelt de vorming van bruin vetweefsel, wat zorgt voor meer
energieverbruik en vetverbranding; 2) sulforafaan verlaagt de
relatieve aanwezigheid van bacteriën van de Desulfovibrio-stam in de
darmen, die zorgt voor overproductie van endotoxines (LPS), waardoor
het endotoxineniveau in het bloed vermindert en er verbetering
optreedt in metabole endotoxemie.
In dit onderzoek zijn twee nieuwe functies ontdekt van
sulforafaan, namelijk 1) verbetering van obesitas door “verbruinen”
van adipocyten (vetcellen) waardoor het energieverbruik toeneemt en
2) verbetering van dikmakende darmflora door vetrijk eten en
metabole endotoxemie.
Aan de andere kant is gebleken dat er geen vermindering optrad
van gewichtstoename bij muizen die vetrijk aten en sulforafaan
kregen en ook geen verhoogde vetverbranding door meer bruin
vetweefsel, als Nrf2 bij de muizen was uitgeschakeld. Dit toont wel
duidelijk het belang aan van Nrf2 als targetmolecule voor
sulforafaan, bij het verminderen van obesitas.
Van de twee functies van sulforafaan die in de huidige studie
zijn ontdekt wordt verwacht dat ze kunnen bijdragen aan de afname
van leverontsteking of aan de staat van vetweefsels en aan
vermindering van insulineresistentie, en aan de preventie van
leefstijlaandoeningen. Met behulp van meer klinisch onderzoek in de
nabije toekomst (naar de effecten bij obesitaspreventie, effect op
inflammatie, op insulineresistentie en op veiligheid) lijkt
sulforafaan als voedingssupplement ter verbetering van het
darmmicrobioom veelbelovend te zijn.
Vertaling: Astrid Zwart