Studie vindt het bewijs van olie van Deepwater Horizon bij landvogels


Resultaten tonen verband tussen voedselkringen en blootstelling aan olie in het ecosysteem op land.

Bron: IOP PUBLISHING

De ecologische gevolgen van een ramp voor het milieu kunnen verder reiken dan men zich kan voorstellen door met elkaar verbonden voedselkringen. Meest recent hebben onderzoekers in de VS aanwijzingen gevonden dat olie uit de Deepwater Horizon (DWH) ook voorkomt bij levende landvogels.

“Je kan je wellicht niet voorstellen dat een landvogel zou worden beïnvloed door een olieramp in de oceaan, maar in de natuur zijn grenzen vaak wazig", zegt teamlid Andrea Bonisoli Alquati - die was verbonden aan de Louisiana State University in de tijd van de studie en nu werkt aan de California State Polytechnic University Pomona. "Als gevolg daarvan kunnen verontreinigingen uit het aquatisch milieu ook het land bezoedelen.”

De wetenschappers rapporteerden hun studie in het open-access tijdschrift Environmental Research Letters. Ze gebruikten koolstofdatering methoden om te zoeken naar tekenen van olie in veren en darmen van zeemeeuwen gevonden in moerasgebieden die getroffen zijn door de DWH lekkage. Als controle deed het team herhaaldelijk ook metingen bij dezelfde vogelsoort verzameld op sites die niet bezoedeld waren door de olie.

"De twee weefsels geven informatie over verschillende tijdschalen, met langere blootstelling van de veren dan maaginhoud, die een meer recente momentopname van de gebeurtenissen geven," legde Bonisoli Alquati.

Volwassen en jonge zeemeeuwen voeden zich met verscheidene prooien, met inbegrip van terrestrische evenals ongewervelde zeedieren - waardoor de vogels een gevoelige marker zijn van besmetting.

De onderzoekers vonden dat het radioactieve gehalte lager was in de veren en in de maaginhoud van vogels uit geoliede plaatsen tegenover meeuwen uit de controlegroepen. Rekening houdend met alle waarnemingen vindt de groep dat het resultaat in overeenstemming is met het opnemen van gemorste olie door levende vogels in habitats getroffen door de ramp.

Om de nabijheid en de soort olie te bevestigen onderzochten de wetenschappers oliesporen op kustsedimenten verzameld in andere steden.

In hun analyse gebruikten zij patroonherkenning en retentietijden van specifieke hopane, sterane en triaromatic steroïde cyclische biomarkers om elf kwantitatieve diagnostische indices (ratio) tussen doelmonsters en een MC252 referentiestandaard (de olie gemorst bij DWH) te bepalen.

In drie van de vijf monsters van het oliegebied bevestigden de diagnostische verhoudingen van de elf biomarkers de aanwezigheid van MC252 olie. Geen van de vijf sediment monsters van de controleplaats vertoonde tekenen van blootstelling aan de lekkage.

Om het bovenstaande en de bijbehorende hypothesen nader te beoordelen beveelt het team verder studies aan met grotere steekproeven van vogels uit een groter gebied.

Vertaling: Andre Teirlinck



Nuttige links
- Naar de Leefbewust natuurwebwinkel
- Ontvang voortaan onze wekelijkse nieuwsbrief
- Ontdek onze ruim 400 thema pagina's
- Download alle thema dossiers en columns in PDF formaat (leden)
- Wordt ook lid en krijg korting op supplementen


Terug naar het hoofdmenu


Henk Mutsaers


[ Advertentie ]