Blootstelling aan vervuiling is groter bij actieve stadskinderen
Verhoogde blootstelling aan vervuilende stoffen kan gezondheidsvoordelen van
regelmatig bewegen tegengaan.
COLUMBIA UNIVERSITY MEDICAL CENTER
Kinderen uit stadsdelen van New York City die dagelijks een flinke
hoeveelheid beweging namen, werden aan een grotere hoeveelheid roet
blootgesteld, een door het wegverkeer voortgebrachte vervuilende stof, dan
kinderen die minder actief waren, aldus een onderzoek door een multidisciplinair
team onderzoekers van het “College of Physicians & Surgeons” aan de Columbia
Universiteit en “Columbia's Mailman School of Public Health”.
De onderzoekers vonden ook dat, hoewel fysiek actieve kinderen minder
luchtwegontstekingen hadden vergeleken met minder actieve kinderen, dit verband
werd tegengewerkt door de hoge blootstelling aan roet.
De onderzoeksresultaten werden recent online gepubliceerd in het magazine
“Environmental Research”.
Van roet, een stof die tevens een indicator is voor de mate van verontreiniging
door uitstoot van dieselauto's, is bekend dat het de gezondheid schade
toebrengt. Maar er is weinig onderzoek gedaan naar de mate waarin stadskinderen
een hogere dosis van de vervuilende stof binnenkrijgen bij regelmatige fysieke
activiteiten.
“Er zijn talrijke gezondheidsvoordelen gerelateerd aan regelmatige fysieke
activiteit, vooral bij kinderen,” zegt Stephanie Lovinsky-Desir, arts,
universitair docent Kindergeneeskunde bij Columbia University Medical Center
(CUMC) en hoofdauteur van het onderzoek. “We wilden uitzoeken of regelmatig
bewegen het risico op blootstelling aan luchtvervuiling vergroot bij
stadskinderen, en of die blootstelling invloed heeft op de longen.“
Voor het onderzoek werd gekeken naar 129 kinderen (leeftijd 9-14 jaar) van het
'Columbia Center for Children's Environmental Health longitudinal birth
cohort'(langdurig onderzoek naar invloed van de omgeving op de gezondheid bij
een groep kinderen uit een bepaalde leeftijdscategorie), een groep die is
samengesteld uit kinderen van Afro-Amerikaanse en Dominicaanse afkomst die wonen
in de Bronx en het noordelijke deel van Manhattan.
De deelnemers droegen bewegingsdetectoren om de pols om zo hun lichamelijke
activiteit te meten gedurende 6 dagen. Bijna 60% van de kinderen werden gezien
als actief met minimaal 60 minuten aan matige tot sterke activiteit per dag,
naar richtlijnen van de 'Centers for Disease Control and Prevention' (Centra
voor Volksgezondheid en Preventie). Degenen die minder bewogen, werden gezien
als niet-actief.
Per kind werd de blootstelling aan roet gemonitord gedurende twee blokken van 24
uur, aan het begin en aan het eind van activiteitsmeting, via een draagbare hes
met een klein roetdetectieapparaat. Na elke 24-uurs roetmeting maten de
onderzoekers bij elk kind de minieme hoeveelheid aan uitgeademde stikstofoxide,
een marker voor luchtwegontstekingen. Verder maten ze bij elk kind de
gevoeligheid voor allergenen zowel binnens- als buitenshuis.
Uit het onderzoek bleek dat de actieve kinderen aan een 25% hogere
concentratie roet werden blootgesteld vergeleken met niet-actieve kinderen.
Dagelijks bewegen bleek gerelateerd aan verminderde luchtweginfecties, maar dat
effect deed zich hoofdzakelijk voor bij de kinderen die aan lagere concentraties
roet werden blootgesteld. Bij kinderen die aan de hoogste concentraties roet
waren blootgesteld was er geen effect van beweging op luchtweginfecties.
“Uit de resultaten van dit onderzoek blijkt duidelijk dat beweging goed kan zijn
voor de gezondheid van de luchtwegen van kinderen, maar blootstelling aan hoge
concentraties roet kan dit effect weer tenietdoen,” zei Rachel Miller,arts,
hoogleraar in de kindergeneeskunde bij het CUMC en milieugezondheidskunde bij
Columbia's Mailman School of Public Health. “Toekomstige onderzoeken zouden zich
moeten richten op het leren kennen van de exacte mate van blootstelling aan
vervuiling tijdens hoge bewegingsactiviteit, waardoor we beter zullen kunnen
begrijpen welke kinderen het grootste risico lopen op een longziekte.
Vertaling: Gerda Gjaltema