Aspartaam zou gewichtsverlies tegenwerken in plaats van
bevorderen
Bron: MASSACHUSETTS GENERAL HOSPITAL
Een onderzoeksteam van het Massachusetts General Hospital (MGH)
heeft een mechanisme ontdekt dat zou verklaren waarom het gebruik
van de suikervervanger aspartaam misschien niet tot gewichtsverlies
leidt. In hun rapport, dat online gepubliceerd is op Applied
Psysiology, Nutrition and Metabolism, wordt aangetoond hoe het
afbraakproduct van aspartaam, fenylalanine, de activiteit belemmert
van een enzym dat – zoals eerder is gebleken – kan helpen het
metabool syndroom te voorkomen. Het metabool syndroom bestaat uit
een samenspel van symptomen die verband houden met onder andere
diabetes 2 en hart- en vaatziekten. Het team toonde ook aan dat
muizen die aspartaam kregen in hun drinkwater, meer aankwamen in
gewicht, en meer symptomen van metabool syndroom vertoonden, dan
muizen die eenzelfde dieet kregen maar zonder aspartaam.
“Suikervervangers zoals aspartaam zijn ontworpen om
gewichtsverlies te bevorderen en het aantal gevallen van metabool
syndroom te verminderen, maar een aantal klinische en
epidemiologische studies lijken eerder uit te wijzen dat deze
producten niet erg goed werken en misschien de zaken juist
verergeren,” zegt hoofdauteur dr. Richard Hodin van de afdeling
chirurgie van MGH. “We zagen dat aspartaam een darmenzym blokkeert
genaamd alkalische fosfatase (IAP; ‘intestinal alkaline
phospatase’). Eerder toonden we al aan dat dit enzym obesitas,
diabetes en metabool syndroom kan voorkomen; we denken dus dat
aspartaam wellicht niet werkt, omdat het dan wel suiker vervangt,
maar daarnaast ook de gunstige aspecten van IAP blokkeert.”
In een studie uit 2013, gepubliceerd in Proceerdings of the
National Academy of Sciences, constateerde het team van Hodin, dat
toediening van IAP aan muizen die een vetrijk dieet kregen de
ontwikkeling van het metabool syndroom kon voorkomen en dat een
afname van symptomen optrad bij dieren die dit syndroom al hadden.
Fenylalanine staat erom bekend dat het de werking van IAP remt en
omdat fenylalanine wordt aangemaakt als aspartaam wordt ingenomen,
ging het team onderzoeken of het uitblijven van gewichtsverlies bij
inname van aspartaam het gevolg hiervan kon zijn.
In een aantal proeven ontdekte het team dat de werking van IAP
verminderde als het enzym werd toegevoegd aan een oplossing van een
met aspartaam gezoete frisdrank, maar niet bij toevoeging aan een
met suiker gezoete drank. IAP wordt voornamelijk in de dunne darm
geproduceerd en de onderzoekers ontdekten dat het injecteren van een
aspartaamoplossing in de dunne darm van muizen de enzymwerking
significant verminderde. Omgekeerd bleek ook dat de activiteit van
IAP niet veranderde als de dunne darm werd geïnjecteerd met een
zoutoplossing.
Om de effecten van dranken of andere voedingsmiddelen met
aspartaam beter in kaart te brengen, werden vier groepen muizen 18
weken lang gevolgd. Twee groepen kregen een normaal dieet, de ene
kreeg drinkwater met aspartaam, de andere gewoon water. De andere
twee groepen kregen een vetrijk dieet, met of aspartaamwater of
gewoon water. Dieren in de groep met normaal dieet die aspartaam
kregen, dronken een hoeveelheid die overeenkomt met wat een
volwassene binnenkrijgt die ongeveer drie en een half blikjes
light-frisdrank per dag drinkt. De dieren die aspartaam kregen en
daarnaast het vetrijke dieet volgden, dronken het equivalent van
ongeveer twee blikjes.
Aan het eind van de onderzoeksperiode bleek dat er weinig
verschil was tussen het gewicht van de twee groepen met een normaal
dieet, terwijl muizen met het vetrijke-plus-aspartaamdieet meer
waren aangekomen dan degenen met hetzelfde dieet maar met gewoon
water. In beide dieetgroepen hadden muizen die aspartaam kregen
hogere bloedsuikerniveaus dan muizen die hetzelfde dieet kregen maar
zonder aspartaam, wat wijst op glucose-intolerantie. Beide
aspartaamgroepen hadden hogere gehaltes van het ontstekingseiwit
TNF-alfa in hun bloed, wat wijst op het soort systemische
ontstekingsreacties die samenhangen met het metabool syndroom.
“Mensen begrijpen niet echt waarom deze kunstmatige zoetstoffen
niet werken. Er is enig bewijs dat ze zelfs voor meer honger zorgen
en dat ze zouden zorgen voor een verhoogde calorieëninname. Onze
bevindingen aangaande de remming van IAP door aspartaam kan helpen
verklaren waarom het gebruik van aspartaam contraproductief is,”
zegt Hodin, hoogleraar Chirurgie aan de Harvard Medical School.
“Hoewel we andere bijdragende mechanismes niet kunnen uitsluiten,
blijkt uit onze experimenten duidelijk dat aspartaam de activiteit
van IAP blokkeert, onafhankelijk van andere effecten.”
Vertaling: Astrid Zwart
Nuttige links
-
Naar de Leefbewust natuurwebwinkel
-
Ontvang voortaan onze wekelijkse nieuwsbrief
-
Ontdek onze ruim 400 thema pagina's
-
Download alle
thema dossiers en columns in PDF formaat (leden)
- Wordt ook lid en
krijg