Vet is zo slecht nog niet: huidvetcellen bieden bescherming
tegen infecties
Als het op huidinfecties aankomt, is een gezonde
en krachtige afweerreactie sterk afhankelijk van de laag eronder. In
nieuw werk, gepubliceerd in de uitgave van 2 januari 2015 van
Science, doen onderzoekers van de universiteit van California, San
Diego School of Medicine melding van de verrassende ontdekking dat
onderhuidse vetcellen ons beschermen tegen bacteriën.
Richard Gallo, MD, PhD, hoogleraar en hoofd
dermatologie van UC San Diego School of Medicine en zijn collega's,
hebben een tot voor kort onbekende rol voor huidvetcellen ontdekt,
genaamd adipocyten: deze produceren antbacteriologische peptiden die
binnendringende bacteriën en andere ziekteverwekkers helpen afweren.
"Er werd aangenomen dat als de huidbarrière
eenmaal verbroken werd, het geheel en al de verantwoordelijkheid was
van de circulerende (witte) bloedlichaampjes als neutrofielen en
macrofagen om ons te beschermen tegen bloedvergiftiging," zei Gallo,
hoofdonderzoeker van de studie.
"Maar het kost tijd om deze cellen te verzamelen
(naar de plaats van de wond). We kunnen nu laten zien dat de vette
stamcellen verantwoordelijk zijn voor onze bescherming. Dat hadden
we totaal niet verwacht. Het was niet bekend dat adipocyten
antibacteriën konden produceren, laat staan dat ze bijna net zoveel
produceren als een neutrofiel."
De verdediging van het menselijk lichaam tegen
bacteriële infecties is complex, heeft meerdere stappen en er zijn
talrijke celtypes bij betrokken, resulterend in de komst van
neutrofielen en monocyten - gespecialiseerde cellen die de
ziekteverwekkers letterlijk verslinden.
Maar voordat deze circulerende witte
bloedlichaampjes ten tonele verschijnen, heeft het lichaam een
snellere reactie nodig om de mogelijkheid te bieden dat vele
microben snel in aantal kunnen vermeerderen. Die taak wordt
specifiek uitgevoerd door epitheelcellen, mastocyten en leukocyten,
die zich in het gebied van de infectie ophouden.
Staphylococcus aureus is een algemene bacterie en
grote oorzaak van huid- en zacht weefsel infecties bij mensen. De
opkomst van antibiotica-resistente vormen van S. aureus is
wereldwijd een aanzienlijk probleem in de klinische geneeskunde.
Eerder gepubliceerd werk uit het Gallo lab
observeerde S. aureus in de vetlaag van de huid, waardoor
onderzoekers konden zien of het onderhuidse vet een rol speelde in
de preventie van huidinfecties.
Ling Zhang, Phd, de hoofdauteur van het werkstuk,
stelde muizen bloot aan S. aureus en nam binnen een paar uur een
enorme verhoging waar van zowel het aantal als de grootte van
vetcellen bij de plaats van de infectie. Nog belangrijker, deze
vetcellen produceerden hoge niveaus van een antibacteriologische
peptide (AMP) genaamd cathelicidine antibacteriologische peptide, of
CAMP. AMPs zijn moleculen die gebruikt worden bij de aangeboren
afweerreactie om invasieve bacteriën, virussen, schimmels en andere
ziekteverwekkers onmiddellijk te doden.
"AMPs zijn onze natuurlijke eerste
verdedigingslinie tegen infecties. Ze zijn evolutionair oeroud en
worden door alle levende organismen gebruikt om zichzelf te
beschermen," zegt Gallo.
"Het wordt bij mensen echter steeds duidelijker
dat de aanwezigheid van AMPs een tweesnijdend zwaard kan zijn,
vooral voor CAMP. Te weinig CAMP en mensen krijgen vaker last van
infecties. Het grootste voorbeeld is atopisch eczeem (het type
terugkerende, jeukende huidaandoening). Deze patiënten kunnen veel
last hebben van stafylokokbesmettingen en virale infecties. Maar
teveel CAMP is ook slecht. Bewijs toont aan dat teveel CAMP kan
leiden tot auto-immuun en andere ontstekingsziekten als lupus,
psoriasis en rosacea."
De onderzoekers bevestigden hun bevindingen door
S. aureus infecties in muizen te analyseren, die of niet in staat
waren om effectief adipocyten te produceren, of wiens vetcellen niet
genoeg antibacteriologische peptides konden genereren in het
algemeen, en CAMP in het bijzonder. In alle gevallen ondergingen de
muizen vaker en zwaardere infecties.
Verdere tests bevestigden dat menselijke
adipocyten ook cathelicidine produceren, daarmee suggererend dat de
immuunreactie hetzelfde is bij zowel knaagdieren als mensen.
Overigens, bij mensen met overgewicht werd meer CAMP in hun bloed
ontdekt dan mensen met een normaal gewicht.
De potentiële klinische toepassingen van de
bevindingen zullen verder onderzoek nodig hebben, zegt Gallo.
"Gebrekkige AMP productie bij volwassen adipocyten
kan zich voordoen als gevolg van obesitas of insulineresistentie,
resulterend in een grotere vatbaarheid voor infecties. Maar teveel
cathelicidine kan een extreme ontstekingsreactie opwekken.
"Het komt erop neer dat we nu dit gedeelte van de
immuunreactie puzzel kunnen maken. Het geeft fantastische nieuwe
opties voor onderzoek. Bijboorbeeld: de huidige drugs speciaal voor
gebruik door diabetici, zouden behulpzaam kunnen zijn voor andere
mensen die dit immuun aspect moeten versterken. Omgekeerd zouden
deze bevindingen wetenschappers kunnen helpen om ziekte associaties
met obesitas te begrijpen en zo nieuwe strategieën te ontwikkelen om
de zorg te optimaliseren."
Bron:
http://www.ucsd.edu
Vertaling: Ellen Lam