Snelle toename van neonicotinoïde bestrijdingsmiddelen
gestimuleerd door zaadbehandeling
Volgens onderzoekers van Penn State werd het
gebruik van bepaalde insecticiden, genaamd neonicotinoïden,
halverwege de jaren 2000 dramatisch verhoogd en nagenoeg geheel
gestuurd door het gebruik van mais en sojabonen die met deze
pesticiden werden behandeld.
"Eerdere studies stelden dat de met insecticides
behandelde percentages maislandbouwgrond in de jaren 2000
verminderde, maar toen we de zaadbehandelingen onder de loep namen
ontdekten we het tegenovergestelde," zegt Margaret Douglas,
promovenda in de entomologie. "Onze uitkomsten laten zien dat het
toedienen van neonicotinoïden op maiszaad en sojabonen sinds
halverwege de jaren 2000 heeft gezorgd voor een enorme toename van
met insecticiden behandeld akkerland in de U.S."
Volgens Douglas wijst onderzoek uit dat
neonicotinoïden de bestuiving kunnen schaden. De Europese Unie heeft
het gebruik van neonicotinoïden op gewassen die bijen aantrekken
opgeschort. De U.S Environmental Protection Agency zet haast bij
deze beoordeling.
Na de ontdekking dat zaadbehandelingen met
neonicotinoïden niet expliciet in de Amerikaanse overzichten van
pesticiden gedocumenteerd waren, stelden de onderzoekers alle
beschikbare informatie samen om het wijdverbreide gebruik van deze
bestrijdingsmiddelen te kenmerken. Eerst verzamelden ze
pesticidegegevens uit twee publieke bronnen -- de U.S. Geological
Survey en de U.S. Department of Agriculture -- die beiden
neonicotinoïde gebruik rapporteerden, maar geen inschatting maakten
van specifieke zaadbehandelingen. Gebruik makend van deze gegevens,
samen met de etiketinformatie op bestrijdingsmiddelen, maakte het
team een schatting van het percentage akkerland met mais en
sojabonen waarbij met neonicotinoïde behandelde zaden zijn gebruikt
sinds de introductie van deze produkten halverwege de jaren 2000.
Zij bekrachtigden de resultaten met informatie van de U.S.
Environmental Protection Agency en DuPont Pioneer, een belangrijke
zadenleverancier.
Het team ontdekte dat in 2000 minder dan 5% van
sojaboon akkerland en minder dan 30% van mais akkerland behandeld
werd met een bestrijdingsmiddel. Maar in 2011 was minstens 1/3 van
alle sojaboon akkerland en minstens 79% van alle mais akkerland
beplant met neonicotinoïde gecoat zaad, een aanzienlijke uitbreiding
van het gebruik van insecticiden. De wetenschappers ontdekten ook
dat de grootste meerderheid van de neonicotonoïden gebruikt werd op
landbouwgewassen, eerder dan privéhuizen of tuinen, of kunstmestgras
en siertuinen. De resultaten verschijnen vandaag (2 april 2015) in
Environmental Science & Technology.
"Toepassing van neonicotinoïde
bestrijdingsmiddelen door zaadhandelaren en boeren gebeurde heel
snel en lijkt niet zomaar gerelateerd aan een overeenkomstig risico
op schadelijke insekten," zegt John Tooker, hoogleraar entomologie.
"Dit patroon suggereert dat neonicotinoïden vaak gebruikt worden als
'verzekeringspolis' tegen onverwachte insektenplagen, eerder dan op
basis van een gedocumenteerde ongediertedreiging."
Volgens Douglas voeden de resultaten een
doorlopend debat gedreven door waarneming van neonicotinoïden in het
milieu en hun mogelijke negatieve effect op dieren buiten de
doelgroep, waaronder wild en beheerde bestuivers.
"Wetgevers, zaadhandelaren, boeren en burgers
wegen de kosten en baten van neonicotinoïde gebruik," zegt ze. "Dit
debat wordt gevoerd bij afwezigheid van basisinformatie over
wanneer, waar en hoe neonicotinoïden worden gebruikt. Ons werk houdt
een spiegel voor opdat deze discussie geinformeerd kan worden over
de basisfeiten van neonicotinoïde gebruik."
Voor de toekomst willen de onderzoekers de
prevalentie beter documenteren van secundaire schadelijke insekten
bedoeld voor zaadbehandeling. Ze zullen tevens de onbedoelde
gevolgen onderzoeken van neonicotinoïde zaadbehandelingen op
schadelijke insekten die ziekten bestrijden. En als laatste zullen
ze alternatieve bedrijfsvoering bestudering voor schadelijke ziekten
vroeg in het seizoen, bijvoorbeeld door het gebruik van
bodembedekkers om ongedierte en schadelijke insekten te verminderen.
Vertaling: Ellen Lam
