Kan lichaamsbeweging het langetermijn geheugen verbeteren?
Nieuw onderzoek bij muizen in het eerste nummer van Brain Plasticity wijst
uit dat hardlopen leidt tot verhoging aanmaak nieuwe hersencellen.
Lichaamsbeweging kan de ontwikkeling van nieuwe hersencellen in het volwassen
brein versterken. Dit proces wordt volwassen neurogenese genoemd. De nieuwe
hersencellen spelen een belangrijke rol bij leren en bij het geheugen. Een nieuw
onderzoek heeft uitgewezen dat muizen die enige tijd in tredmolentjes renden,
niet alleen twee keer zoveel nieuwe neuronen aanmaakten, maar ook beter in staat
waren om nieuwe voorwerpen van bekende voorwerpen te onderscheiden. Deze
resultaten zijn gepubliceerd in het eerste nummer van Brain Plasticity, een
nieuw tijdschrift van IOS Press.
“Ons onderzoek wijst uit dat de toename van neurogenese door lichamelijke
inspanning de patroonscheiding verbetert, doordat de neurogenese ervoor zorgt
dat unieke en gedetailleerde langetermijn-weergaves (representaties) van
weliswaar vergelijkbare, maar niettemin verschillende, voorwerpen in het
geheugen worden ondersteund. Bij veel dagelijkse geheugentaken komt
patroonscheiding voor. Bij het leren schaken bijvoorbeeld, is het van cruciaal
belang om te kunnen onthouden hoe de verschillende schaakstukken, zoals de pion
en de loper, eruit zien. Op soortgelijke wijze kan de herinnering aan het
precieze patroon - van de plaatsing van de stukken uit een eerdere succesvolle
openingszet of van een gewonnen eindspel - beslissen wie zal winnen of
verliezen”, aldus Josef Bischofberger (PhD), onderzoeksleider en hoogleraar bij
het Department of Biomedicine aan de Universiteit van Basel.
“Dit onderzoek levert nieuw bewijs voor een verbetering van patroonscheiding
door hardlopen. De experimenten zijn gebaseerd op aangeboren gedrag in muizen,
die van nature nieuwsgierig zijn en graag nieuwe dingen in hun omgeving
onderzoeken. De voorwerpen werden zodanig ontworpen dat ze min of meer gelijk
waren aan elkaar, om te testen hoe precies de dieren zich de eigenschappen van
voorwerpen kunnen herinneren. Dit is uniek, zowel omdat het geen stressvolle
bezigheid was en omdat er geen toegevoegde motivatoren nodig waren, zoals
voedsel- of wateronthouding, om de positieve effecten van lichaamsbeweging op de
cognitie aan te tonen”, zegt Brian R. Christie, PhD, mede-gastredacteur van het
artikel en hoogleraar, directeur bij het Neuroscience Graduate Program, Division
of Medical Sciences, University of Victoria, en bij het Island Medical Program,
University of British Columbia.
Vertaling: Astrid Zwart