Stimulering van het afvalverwijderingssysteem van de
hersenen
Kunnen we in het lichaam de eigen immuuncellen mobiliseren om te
helpen bij het bestrijden van de ziekte van Alzheimer?
Wereldwijd lijdt meer dan 20% van de mensen van 85 jaar en ouder
aan de ziekte van Alzheimer (AD). Afzettingen van beta-amyloïde (AB)
peptide vormen een belangrijke doelgroep voor onderzoek naar
Alzheimer. Deze peptide fragmenten, welke zich ophopen in de
hersenen van AD patiënten, spelen een belangrijke rol bij de
pathogenese van AD. Een onderzoeksteam onder leiding van Prof. Dr.
Frank Heppner, directeur van Charité's Department of Neuropathology,
had eerder aangetoond dat immuuncellen in de hersenen, bekend als
microglia, worden aangetast tijdens het verloop van Alzheimer. Dus
zijn bij Alzheimer de microglia niet in staat om te voldoen aan hun
primaire doel en dat is het elimineren van vreemde stoffen of
abnormale pathologische structuren zoals beta-amyloïde peptiden.
In deze huidige studie onderzoekt hetzelfde team van onderzoekers
of het mogelijk is om macrofagen, de perifere tegenhangers van
microglia die buiten de hersenen en in het bloed aanwezig zijn, aan
te moedigen om naar de hersenen te migreren om daar de rol over te
nemen van de disfunctionele microglia. De onderzoekers startten met
het ontwikkelen van een muismodel met AD, waarbij ze microglia
ablateerden/wegnamen. Dit creëerde een noodsituatie die de hersenen
dat aanzette tot een infiltratie reactie en het resulteerde in een
migratie van bloed overdraagbare macrofagen van perifere locaties
naar de hersenen. Deze perifere afgeleide cellen ondergingen
vervolgens in de hersenen een verdere ontwikkeling die ze
vergelijkbaar maakten met microglia, echter zonder dat het invloed
had op AD pathologie en in plaats dat ze clusterden rond Aβ
afzettingen werden ze volledig genegeerd. Deze bevindingen werden
weerspiegeld door een andere studie die werd uitgevoerd door een
groep onderzoekers van de Universiteit van Tübingen en het werk werd
ook gepubliceerd in het huidige nummer van het Journal of
Experimental Medicine.
Prof. Dr. Frank Heppner legt uit dat “om deze perifere macrofagen
geinteresseerd te maken in Aβ peptiden, kregen AD muizen met
bloed-overdraagbare macrofagen in de hersenen in plaats van normaal
aanwezige microglia een Aβ vaccin - een aanpak die momenteel wordt
onderzocht in verschillende klinische proeven, en het blijft een
onderwerp van intensieve discussie. Maar zelfs deze extra stimulatie
heeft de perifere macrofagen niet effectiever gemaakt dan de
resident in de hersenen aanwezige microglia. Natuurlijk zal het
motiveren van de residente microglia of de perifere macrofagen om
hun volledige potentieel te realiseren een andere of aanvullende
stimulans nodig hebben.” aldus prof. Heppner. “Maar onze gegevens
zijn relevant omdat tot nu toe vele recente studies hebben
vastgesteld dat microglia een belangrijke speler is bij de
ontwikkeling en progressie van de ziekte Alzheimer. Het is daarom
van fundamenteel belang, vooral met betrekking tot de ontwikkeling
van nieuwe behandelingen, dat we een gedetailleerd inzicht krijgen
in zowel de rol als de functie van microglia en macrofagen bij AD.”
De onderzoekers zijn nu van plan om verder onderzoek te richten
op het identificeren van de ontbrekende stimulans. Daarmee hopen zij
er voor te zorgen dat de betreffende fagocytische cellen kunnen
terugkeren naar hun oorspronkelijke functie.
Vertaling: Lia Bakker