Patiënten met terugkerende depressies hebben kleinere
hippocampus
De hersenen van mensen met terugkerende depressies hebben een
aanzienlijk kleinere hippocampus - het deel van de hersenen dat
vooral geassocieerd wordt met de vorming van nieuwe herinneringen -
dan gezonde individuen. Een nieuwe wereldwijde studie onder bijna
9000 mensen heeft dat aan het licht gebracht.
Co-auteurs van de in Molecular Psychiatry
gepubliceerde ENIGMA studie, zijn van onderzoekers van de
Universiteit van Sydney aan het Brain and Mind Research Institute
(BMRI).
Het onderzoek is het grootste internationale
onderzoek waarbij de hersenvolumes werden vergeleken van mensen met
en zonder depressie. Het wijst op de noodzaak om een depressie
wanneer die zich de eerste keer voordoet als zodanig te
identificeren en effectief te behandelen, met name bij tieners en
jonge volwassenen.
In de studie werd gebruik gemaakt van 15 datasets
uit Europa, de VS en Australië. De sets bestonden uit de
MRI-hersenscans en klinische gegevens van 1728 mensen met een
ernstige depressie en 7199 gezonde individuen,.
Zware depressie is een veel voorkomende
aandoening, die ten minste één op de zes mensen tijdens hun leven
treft. Het is een ernstige klinische stemmingsstoornis waarbij
gevoelens van verdriet, frustratie, verlies, of boosheid iemands
dagelijkse leven beïnvloeden. Telkens weken-, maanden-, of zelfs
jarenlang.
Belangrijkste bevindingen
De belangrijkste bevinding dat mensen met een
ernstige depressie een kleinere hippocampus hebben, bevestigt
eerdere klinisch werk uitgevoerd door het BMRI. In die studie werd
deze bevinding reeds voor een belangrijk deel verklaard door
patiënten met terugkerende depressies. Mensen met terugkerende
depressies vertegenwoordigden daarin 65% van de proefpersonen met
een ernstige depressie.
Mensen die op vroege leeftijd (< 21 jaar) reeds
aan een grote depressie leden hadden ook een kleinere hippocampus
dan gezonde individuen. Dit is in overeenstemming met het idee dat
veel van deze jongeren met steeds terugkerende aandoeningen te maken
krijgen.
Mensen, echter, die een eerste ernstige depressie
(34% van de proefpersonen met een ernstige depressie) meemaakten,
hadden (nog) geen kleinere hippocampus dan gezonde individuen, wat
er op wijst dat de veranderingen juist te wijten zijn aan de
nadelige effecten van een depressie op de hersenen.
Commentaar
"Deze bevindingen werpen nieuw licht op
hersenstructuren en de mogelijke mechanismen die verantwoordelijk
zijn voor een depressie," zegt Professor Jim Lagopoulos van het BMRI
in Sydney.
"Ondanks intensief onderzoek gericht op het
identificeren van aan depressie gekoppelde hersenstructuren in de
afgelopen decennia, is ons begrip van wat de oorzaak van een
depressie is nog rudimentair. Redenen zijn het ontbreken van
voldoende grote studies, variabiliteit in de ziekte en
behandelingen, en de complexe interacties tussen klinische kenmerken
en hersenstructuur."
In een reactie op de klinische betekenis van de
bevindingen, zegt co-directeur van het BMRI, Professor Ian Hickie:
"Deze grote studie bevestigt de noodzaak om de eerste fases van
depressie effectief te behandelen, vooral bij tieners en jonge
volwassenen, om veranderingen in de hersenen te voorkomen die tot
terugkerende depressies leiden.”
"Dit is een reden temeer dat we ervoor moeten
zorgen dat jongeren effectieve behandelingen voor depressie krijgen
- een belangrijk doel van ons ‘Centre of Research Excellence in
Optimising Early Interventions for Young People with Emerging Mood
Disorder’.
"Deze nieuwe bevinding dat mensen met een ernstige
depressie van een kleiner hippocampusvolume hebben, kan de
neurotrofe hypothese t.a.v. depressie enigszins ondersteunen," voegt
Jim Lagopoulos er nog toe.
"Deze hypothese gaat er van uit dat een reeks van
neurobiologische processen, zoals verhoogde glucocorticoïde niveaus,
in mensen met een chronische depressie hersenkrimp kan veroorzaken.”
"Het is duidelijk, dat er behoefte is aan
longitudinale studies die veranderingen in het hippocampusvolume bij
mensen met een depressie in de loop van de tijd vervolgen, om te
verhelderen of de hippocampusafwijkingen ontstaan als gevolg van
langdurige periodes van chronische stress, of een
kwetsbaarheidfactor voor depressie vormen, of beide," geeft hij aan.
Vertaling: Frits Suntjens
Ontvang iedere vrijdag de laatste nieuwtjes en videos