Kan autisme gemeten worden met snuiven?
Denk aan de manier waarop je een roos zou kunnen
ruiken. Je zou een een flinke snuif nemen om de zoete, maar subtiele
bloemengeur te kunnen ruiken. Bij het binnenlopen van een openbaar
toilet doe je waarschijnlijk het tegenovergestelde - meteen de
luchtstroom door je neus minimaliseren. Onderzoekers hebben nu
ontdekt dat mensen met ASD (autism spectrum disorder) deze
natuurlijke aanpassing niet doen zoals andere mensen, volgens hun
rapport in Current Biology, een Cell Press uitgave van 2 juli.
Autistische kinderen gaan gewoon door met het snuiven op dezelfde
manier, hoe prettig of vies de geur ook is.
De uitkomsten suggereren dat non-verbale
geurtesten zouden kunnen dienen als vroege indicatoren van ASD,
zeggen de onderzoekers.
"Het verschil in het snuifpatroon tussen de
algemeen ontwikkelende kinderen en kinderen met autisme was
gewoonweg opzienbarend," zegt Noam Sobel van het Weizmann Institute
of Science in Israel.
Eerdere bewijzen gaven aan dat mensen met autisme
gebreken vertonen in hun "interne actiemodellen," de hersen
sjablonen waarop we kunnen vertrouwen om onze zintuigen naadloos te
coördineren met onze acties. Het was echter niet duidelijk of deze
onvolkomenheid duidelijk zou worden in een test met de
snuifreacties.
Om hier achter te komen liet Sobel, samen met
Liron Rozenkrantz en collega's, een groep van 18 kinderen met ASD en
18 normaal ontwikkelende kinderen (17 jongens en 1 meisje in elke
groep) in aanraking komen met prettige en onprettige geuren en mat
hun snuifreacties. De gemiddelde leeftijd van de kinderen bij dit
onderzoek was 7 jaar. Terwijl de gewoon ontwikkelende kinderen hun
snuiven aan een vieze geur binnen 305 milliseconden aanpasten,
vertoonden de kinderen met het autisme spectrum totaal geen
aanpassing.
Dat verschil in snuif-respons tussen de twee
groepen kids was in 81% van de gevallen genoeg om hen correct te
classificeren als kinderen met of zonder de diagnose ASD. Sterker,
de onderzoekers melden dat verhoogd afwijkend snuiven in verband
stond met verhoogd ernstige symptomen van autisme, gebaseerd op
sociale, en geen motorische gebreken.
De uitkomsten suggereren dat een snuiftest zeer
bruikbaar kan zijn in de kliniek, hoewel de onderzoekers benadrukken
dat hun test daar nog niet klaar voor is.
"We kunnen binnen 10 minuten autisme en de ernst
ervan vaststellen met een accuratesse van betekenis, door het
gebruik van een test die geheel non-verbaal is en geen opdrachten
met zich meebrengt," zegt Sobel. "Het geeft hoop dat deze uitkomsten
de basis kunnen vormen bij het ontwikkelen van een diagnostisch
werktuig dat al heel vroeg ingezet kan worden, bijvoorbeeld bij
babies en peuters vanaf een paar maanden oud. Zo'n vroege diagnose
zou een meer effectieve interventie kunnen inhouden."
De onderzoekers zijn nu bezig met een test of het
geobserveerde snuifresponse patroon specifiek werkt bij autisme of
dat het ook bij mensen met andere neurologische
ontwikkelingsstoornissen kan worden toegepast. Ze willen ook
onderzoeken hoe vroeg zo'n test kan worden gebruikt. Maar de meest
belangrijke vraag voor Sobel is "of een gebrekkig reukorgaan het
kernpunt is van het sociale gebrek bij autisme."
Vertaling: Ellen Lam
Ontvang iedere vrijdag de laatste nieuwtjes en videos