Verbetering kind met autisme door antibioticum; nieuw
onderzoek nodig bij autisme
Opzienbarende observatie vader leidt tot
samenwerking onderzoek voor organisatie van eerste wetenschappelijke
conferentie en speciale wetenschappelijk uitgave over de rol van
darmbacteriën bij autisme.
John Rodakis, de vader van een kind met autisme,
was er niet op uit om een internationaal onderzoek te starten naar
microbiomen (de verzameling micro organismen die op en in ons leven)
en autisme, maar, zoals hij beschrijft in zijn laatst gepubliceerde
artikel in de wetenschappelijke uitgave van Microbial Ecology in
Health and Disease, toen het autisme van zijn zoontje onverwachts en
opzienbarend verbeterde door gebruik van een antibioticum voor
keelontsteking, begon hij zich af te vragen waarom.
In vervolg op de verrassende verbetering begon
Rodakis, behalve vader ook medisch investeerder met een achtergrond
op het gebied van moleculaire biologie en een Harvard MBA, de
medische literatuur te bestuderen waar hij een eenmalige studie vond
uit 1999 van het Chicago Rush Kinderziekenhuis dat een soortgelijk
fenomeen beschreef bij autistische kinderen. Nadat hij met andere
ouders en doktoren had gesproken ontdekte hij dat verbetering door
antibiotica zoals zijn zoon overkwam vaker werden waargenomen, maar
niet echt bestudeerd werden. "Ik was vastbesloten om het gebeurde te
kunnen begrijpen, in de hoop mijn zoon te helpen, en miljoenen
andere kinderen met autisme."
De zoektocht van de vader leidde hem naar de
vermaarde autisme-onderzoeker dr. Richard Frye, hoofd van het Autism
Research Program van het Arkansas Children's Hospital Research
Institute en zijn team, en er vormde zich een groeiende samenwerking
met andere onderzoekers uit veel verschillende medische disciplines
uit alle delen van de wereld. Tijdens de intensivering van de
samenwerking tussen vader en onderzoekers kwamen twee ideeën naar
boven: het samenstellen van een onderzoekstest om dit ongewone
fenomeen te kunnen begrijpen, en het houden van een
wetenschappelijke conferentie over autisme en microbiomen.
"Nauwkeurige observaties door ouders kunnen cruciaal zijn. In de
wetenschap gebruiken we deze observaties, passen de
wetenschappelijke methodes toe, en kijken wat het oplevert. Dit kan
leiden tot baanbrekende ontdekkingen en doorbraken op dit gebied,"
zegt dr. Frye.
Afgelopen juni hield de groep de eerste
conferentie in zijn soort: The First International Symposium on the
Microbiome in Health and Disease with a Special Focus on Autism,
mede gesponsord door Rodakis' nieuw opgerichte non-profit N of One:
Autism Research Foundation. Naar aanleiding van die conferentie
verschijnt een speciale uitgave over Autism and The Microbiome in
het vaktijdschrift Microbial Ecology in Health and Disease. In deze
uitgave verschijnen artikelen van conferentiesprekers en anderen,
inclusief een artikel van Rodakis, getiteld "An n=1 case report of a
child with autism improving on antibiotics and a father's quest to
understand what it may mean."
Nieuw bewijs dat micribiomen betrokken zijn in het
spectrum van autisme stoornissen is de laatste jaren snel
vermeerderd. Vijftien jaar geleden kwam Ellen Bolte, een moeder van
een ander autistisch kind, met wat toen een vergezochte hypothese
was: dat darmbacteriën een rol speelden bij sommige gevallen van
autisme. Haar inspanningen resulteerden in 1999 in een kleine, maar
baanbrekende klinische test in het Chicago Rush Children's hospital,
die Rodakis tegenkwam toen hij zijn onderzoek deed.
Vandaag de dag is die hypothese uitgegroeid tot
een grote hoeveelheid bewijs dat er verband bestaat tussen
microbiomen en autisme, ook wel de "darm-brein" connectie genoemd.
Nog maar net deze zomer publiceerde een team van de Arizona State
University onder leiding van dr. Rosa Krajmalnik-Brown uitkomsten,
die herhalen wat anderen gedocumenteerd hebben, namelijk dat
autistische kinderen minder bacteriële diversiteit in hun darmen
vertonen dan de gemiddelde opgroeiende kinderen. Dr.
Krajmalnik-Brown was ook spreker op de conferentie en van haar
verscheen ook een verhandeling in de speciale uitgave.
In het artikel dat deze maand verschijnt, schetst
Rodakis zijn persoonlijk verhaal hoe de autisme symptomen van zijn
zoon verbeterden door gewone antibiotica en vervolgt met een
samenvatting van recent mens- en dierproefonderzoek naar de werking
van mogelijke biologische mechanismen. Rodakis suggereert niet dat
antibiotica een behandelingswijze is voor autisme, maar wel dat het
bruikbaar kan zijn als onderzoeksmethode. Rodakis voegt toe: "Huidig
onderzoek laat zien dat darmbacteriën een tot voor kort onbekende
rol speelden in de geneeskunde bij gezondheid en ziekte. Het bewijs
is zeer sterk aanwezig dat zij ook een rol spelen bij autisme. Ik
spreek mijn hoop uit dat door onderzoek van deze op antibiotica
reagerende kinderen we meer te weten komen over de kernbiologie van
autisme".
Rodakis betoogt dat de rol van microbiomen bij
autisme een veelbelovend terrein is voor nader onderzoek, maar er te
weinig geld besteed wordt door de huidige grote publieke en privé
organisaties die autisme onderzoek financieren. De actieve
inspanningen van Rodakis om onderzoek vorm te geven en aan te
moedigen op veelbelovende terreinen maakt deel uit van een grotere
trend waarbij patiënten en getroffen families een toenemende rol
spelen bij het aanmoedigen van veelbelovend medisch onderzoek.
Rodakis betoogt dat het verband tussen microbiomen en autisme niet
alleen aannemelijk is, maar, met het oog op revent onderzoek, zelfs
waarschijnlijk.
Vertaling: Ellen Lam