Blootstelling aan luchtverontreiniging in het eerste jaar
levensjaar verhoogt het risico op allergieën
Een Canadese CHILD Study werpt nieuw licht op het
risico op het ontwikkelen van allergieën tijdens de kindertijd.
Nieuw onderzoek van de Canadese Longitudinal
Healthy Infant Development (KIND) toont aan dat de blootstelling aan
luchtvervuiling buitenshuis tijdens het eerste levensjaar het risico
verhoogt op het ontwikkelen van allergieën voor voedsel, schimmel,
huisdieren en ongedierte.
Uit de studie, gepubliceerd in het tijdschrift
Environmental Health Perspectives, blijkt het verband tussen de
gevoeligheid voor allergenen en de blootstelling aan
verkeersgerelateerde luchtvervuiling tijdens de kindertijd.
"Met de toename van allergieën onder kinderen in
Canada en elders, waren we geïnteresseerd in het bepalen of de
luchtvervuiling door het verkeer verantwoordelijk zou kunnen zijn,"
zei Michael Brauer, auteur van de studie en professor aan de School
of Population and Public Health aan de Universiteit van British
Columbia. "Dit is de eerste studie die een verband vindt tussen
luchtverontreiniging en gemeten allergische sensibilisatie in het
eerste levensjaar."
Terwijl de kinderen die worden blootgesteld aan
luchtvervuiling een groter risico lopen, hebben de onderzoekers geen
verband gevonden tussen de moeders blootgesteld aan luchtvervuiling
tijdens de zwangerschap en allergie van hun kinderen. Vancouver had
het grootste aantal kinderen die gevoeligheid voor allergenen (23,5
procent) ontwikkelden, vergeleken met Toronto en Edmonton (17
procent elk), en Manitoba (9 procent). Uit de studie is ook gebleken
dat kinderen die leven met harige huisdieren en geen aangebouwde
garage meestal geen gevoeligheid voor allergenen hebben.
"Inzicht in de milieu-risico's in het begin van
het leven en invloed op de ontwikkeling van allergieën kan helpen
preventieve maatregelen te nemen", zegt Hind Sbihi, promovendus aan
UBC en hoofdauteur van de studie. "We hebben ook geconstateerd dat
kinderen uit kinderopvang of met oudere broers en zussen in het
huishouden, minder kans hadden om allergische sensibilisatie te
ontwikkelen, wat suggereert dat de blootstelling aan andere kinderen
beschermend kan zijn."
ACHTERGROND
In de Child Study, gefinancierd door AllerGen NCE
en de Canadese Institutes of Health Research (CIHR), gaat het om
meer dan 3.500 gezinnen en hun baby's in Canada, die nauwlettend
werden gecontroleerd om te bepalen hoe genetische en een breed scala
van milieu-factoren, bijdragen tot hun gezondheidssituatie, vooral
met betrekking tot allergieën en astma.
De onderzoekers gebruikten gegevens van 2477
kinderen en beoordeelden de kinderen d.m.v. allergie huidtesten toen
ze ongeveer één jaar oud waren. Ze werden getest op gevoeligheid
voor tien allergenen, zoals katten, honden, huisstofmijt,
kakkerlakken, schimmel, melk, eieren, soja en pinda. Van de
deelnemers, was 16 procent gevoelig voor ten minste één van de
geteste allergenen; 12,5 procent waren gevoelig voor een
voedingsmiddel allergeen; en 5,3 procent voor inhalatie-allergeen.
De blootstelling aan verkeersgerelateerde
luchtvervuiling werd bepaald door een schatting van de
stikstofdioxide niveaus op het thuisadres van elk kind. De
onderzoekers onderzochten ook hoelang elk kind weg was van huis, met
inbegrip van kinderopvang aanwezigheid en het gebruik/soort van het
ventilatiesysteem in huis.
Vertaling: Andre Teirlinck
Wil je op de hoogte blijven van de laatste
artikelen abonneer je
dan op onze gratis nieuwsbrief. [Klik
hier]