Pestkoppen op de werkvloer
ISU onderzoeker onderzoekt de strijd van
slachtoffers om hun verhaal te vertellen.
AMES, Iowa - De verhalen zijn schokkend en
hartverscheurend maar ze zijn vaak onsamenhangend en moeilijk te
volgen. Bij ernstige gevallen zijn de verhalen nog meer chaotisch.
Dit is de realiteit voor slachtoffers van pesten op het werk en het
is een belangrijke reden waarom ze blijven zwijgen, zegt Stacy
Tyu-Williams, een assistent-professor in de communicatie studies en
Engels aan de Iowa State University.
Niemand verwacht om tijdens het werk het gevoel te
krijgen alsof je weer terug bent op het schoolplein, maar pesten
komt bij veel werknemers te vaak voor. Volgens de Workplace Bullying
Institute zijn ongeveer 54 miljoen werknemers of 35 procent van de
Amerikaanse werknemers op een bepaald punt in hun carrière het
doelwit van een pestkop. Tye-Williams vond bij een aantal mensen die
ze interviewde voor een studie dat in plaats van dat men het
rapporteerde men in stilte leed. Het rapport is gepubliceerd in
Management Communication Quarterly.
”Veel van de deelnemers hadden het gevoel dat
niemand hen zou geloven, of ze waren bang dat ze bestempeld zouden
worden als een grote huilende baby of een zeurpiet, dus vertelden ze
het niet aan een manager of iemand anders in de organisatie,” zei
Tye-Williams. ”Als je op de werkplek een serieus trauma ervaart is
het moeilijk uit te leggen wat er met je gebeurt.”
Tye-Williams en Kathleen Krone, een professor aan
de Universiteit van Nebraska-Lincoln, verzamelden voor de studie
verhalen van 48 slachtoffers van pesten. Meer dan de helft gaf aan
te worden gepest door hun manager of baas terwijl anderen het
doelwit waren van een collega. De deelnemers werkten in diverse
disciplines waaronder professioneel en technisch onderwijs,
gezondheidszorg, het bankwezen en financiën, alsmede het leger.
Voor veel van de slachtoffers was het moeilijk de
juiste woorden te vinden of om in een logische volgorde te vertellen
hoe het pesten begon en escaleerde. Tye-Williams zei dat de verhalen
niet altijd een duidelijk begin, midden of einde hadden. Het kan
maanden duren voordat de slachtoffers beseffen dat er een probleem
is omdat pesten vaak begint met subtiele gedragingen die het in
eerste instantie moeilijk maken het te identificeren.
Volgorde en timing zijn niet de enige uitdagingen
om het verhaal te vormen. Slachtoffers zeiden dat het delen van hun
ervaringen is als het proberen om het onbeschrijflijke te
beschrijven. Hoe de slachtoffers hun verhaal vertellen maakt het
verschil of de mensen geloven dat het waar is wat ze zeggen, zei
Tye-Williams.
”Als het verhaal alle kanten op gaat en het voelt
onsamenhangend dan begrijpen de mensen het niet of ze kunnen niet
volgen wat er gebeurt is. Wat dan vaak gebeurt is dat het
slachtoffer niet geloofd of serieus genomen wordt, dat is echt
triest omdat deze slachtoffers degenen zijn die het meest te lijden
hebben.”
Ondersteunende collega’s kunnen helpen
Slachtoffers voelen zich vaak buitengesloten omdat
andere medewerkers, die getuige zijn of zich bewust zijn van het
pesten, huiverig zijn om er bij betrokken te raken. Collega’s willen
misschien wel helpen maar hebben het gevoel dat ze niet de macht
hebben om de situatie te veranderen of ze vrezen dat ze ook een
doelwit kunnen gaan worden, zei Tye-Williams. Studies tonen aan dat
als er een collega is om mee te praten of die ondersteuning kan
bieden dat er bij de slachtoffers een lager niveau is van
depressiviteit en een hogere mate van werktevredenheid.
”Als slachtoffers niet geloofd worden en niemand
hebben om hun verhaal aan te vertellen dan ondergaan ze een
moeilijke tijd om hun relaas te formuleren,” zei Tye-Williams.
”Zelfs als je je als collega niet gemakkelijk voelt als iemand het
pesten rapporteert, als je het slachtoffer zijn/haar verhaal laat
vertellen, als je een drankje gaat drinken en hem/haar het verhaal
laat ventileren, of hem/haar laat voelen dat hij/zij gelooft wordt
kan dat al helpen. Voor veel van de slachtoffers is het proces van
gelooft worden of iemand die luistert naar hun verhaal cruciaal om
hen beter te laten communiceren over hun ervaringen.”
Het veranderen van de cultuur op het werk
Als een slachtoffer verslag komt doen van
pesterijen is het belangrijk dat managers niet direct oordelen.
Zelfs als het verhaal moeilijk te volgen is moeten managers
luisteren en vragen stellen, zei Tye-Williams. Dit zal het
slachtoffer helpen om de gedachten te organiseren en het voor de
manager gemakkelijker maken om te begrijpen wat er gaande is.
Tijdens het onderzoek blijkt dat een manager of
baas het meest als de pester wordt aangewezen, dit zou in een klein
bedrijf een blokkade kunnen zijn voor veranderingen. Niet alleen
moet het slachtoffer worden gehoord, er moet tevens actie worden
ondernomen om het pesten te stoppen en er moet gestart worden met
een cultuur verandering binnen de organisatie, zei Tye-Williams. In
een ondersteunende omgeving is er een grotere kans dat slachtoffers
naar voren komen en het gedrag rapporteren.
Scholen richten veel aandacht aan het stoppen en
voorkomen van pesten maar op de werkvloer wordt het niet zo openlijk
besproken. Volgens Tye-Williams toont onderzoek aan dat kinderen die
op school anderen pesten dit als volwassenen ook blijven doen. Een
groter bewustzijn kan helpen maar ook kleine, eenvoudige
veranderingen kunnen een groot verschil maken.
”Soms zijn mensen al op de hoogte van het pesten
maar anderen willen weten wat het verschil is met intimidatie of
discriminatie, dus is bewustzijn van het probleem erg belangrijk,”
zei Tye-Williams. ”Het is ook belangrijk dat we leren om elkaar
beter te behandelen en een handreiking te geven wanneer mensen
worden geschaad. We kunnen allemaal stappen in die richting maken.”
Vertaling: Lia Keizer