Beter voor het geheugen om fouten te maken tijdens leerproces
... maar alleen als de geraden antwoorden "bijna
goed, maar nèt niet
helemaal " zijn.
Toronto, Canada - fouten maken tijdens het
leerproces kunnen goed zijn voor het geheugen en tot het juiste
antwoord leiden, volgens uitkomsten van nieuw onderzoek door
Baycrest Health Sciences.
"Willekeurig raden is niet nuttig voor het juiste
antwoord in het latere geheugen, maar bijna-goede antwoorden
fungeren als stapstenen om de juiste informatie terug te vinden - en
dit voordeel valt op bij jongere en oudere volwassenen," zegt
hoofdonderzoekster Andrée-Ann
Cyr, promovendus van Baycrest's Rotman Research Instituut en het
Department of Psychology van de universiteit van Toronto.
Cyr's artikel wordt vandaag online gepost in het
Journal of Experimental Psychology: Learning, Memory, and Cognition
(vóór de gedrukte publicatie). Het onderzoek is een uitbreiding op
een eerder artikel dat zij publiceerde in Psychology and Aging in
2012 waarin ze ontdekte dat het maken van fouten tijdens het
leerproces (in tegenstelling tot het te horen krijgen van alleen het
juiste antwoord), wel eens de beste 'boot camp' zou kunnen zijn voor
het oudere brein.
Dit artikel wierp vragen op omdat de
wetenschapsliteratuur traditioneel aanbeveelt dat oudere volwassenen
het maken van fouten vermijden - in tegenstelling tot jongeren die
er eigenlijk hun voordeel mee doen. Maar recent bewijs van Cyr en
andere onderzoekers dagen deze stelling uit en doen een oproep aan
professionele opvoedkundigen en klinische medici op het gebied van
cognitieve rehabilitatie om hier rekening mee te houden.
Cyr's laatste onderzoek zorgt voor bewijs dat het
leerproces 'met vallen en opstaan' het geheugen ten goede komt bij
zowel jong als oud, áls fouten zinvol gerelateerd zijn aan het
juiste antwoord, en kan zelfs het geheugen schaden als dat niet het
geval is.
In hun laatste onderzoek leerden 65 gezonde jonge
volwassenen (gemiddelde leeftijd 22 jaar) en 64 gezonde oudere
volwassenen (gemiddelde leeftijd 72 jaar) trefwoorden (bijv. 'roos')
met als oorsprong óf de semantische categorie (bijv. een bloem), óf
de woordstam (bijv. een woord dat begint met de letters "ro"). Voor
de helft van de woorden kregen de deelnemers meteen de antwoorden
(bijv. "het antwoord is roos") en voor de andere helft werd ze
gevraagd het woord eerst te raden voordat ze het antwoord zagen
(bijv. een bloem: "is het tulp?" of ro__: "is het rook?").
In een latere geheugentest werden de categorieën
of woordstammen getoond aan de deelnemers en moesten ze het juiste
antwoord geven. De onderzoekers wilden weten of de deelnemers zich
beter 'roos' konden herinneren als ze verkeerd hadden geraden vóór
ze het bestudeerden, anders dan dat ze het antwoord meteen zagen. Ze
ontdekten dat dit alleen klopte als de deelnemers op basis van de
categorieën studeerden (bijv. een bloem). Door te raden werd het
geheugen er eigenlijk niet beter op als de woorden geleerd werden
door woordstammen (bijv. ro__). Dit was het geval bij zowel jongere
als oudere volwassenen. Cyr en haar collega's suggereerden dat dit
komt omdat ons geheugen informatie organiseert op basis van de
context, eerder dan taalkundig gerelateerd aan andere informatie.
Bijvoorbeeld, als je aan het woord 'peer' denkt, is je verstand
eerder geneigd om naar ander fruit over te
springen, zoals 'appel', dan naar een woord dat er op lijkt, zoals
'pier'.
Verkeerd geraden woorden zijn alleen van waarde
als ze een gelijkenis van betekenis hebben met de goede antwoorden.
Het geraden 'tulp' mag dan fout zijn, maar is nog steeds beeldend
dichtbij het goede antwoord 'roos' (het zijn beide bloemen).
Door eerst te raden, in tegenstelling tot het
lezen van het antwoord, denkt men dieper na over de informatie en
maakt daardoor bruikbare verbindingen die het geheugen helpen.
Sterker nog, jonge en oude deelnemers herinnerden zich het antwoord
eerder als ze zich ook hun
verkeerd geraden woorden konden herinneren, wat erop duidt dat deze
als stapstenen dienen. Tegengesteld, als geraden woorden alleen
letters gemeen hebben met de antwoorden, belemmeren ze het geheugen
omdat men deze niet zinvol kan verbinden. Het woord 'rook' komt in
ons geheugen niet eens in de buurt van 'roos'. In deze situaties,
als je
geraden woorden waarschijnlijk nergens op slaan, is het het beste om
deze fouten volledig terzijde te schuiven.
"Het feit dat dit patroon ook bij oudere
volwassenen voorkomt, laat zien dat het ouder worden geen invloed
heeft op hoe we van onze fouten leren," zegt Cyr.
"Deze resultaten hebben verregaande klinische en
praktische consequenties. Ze zetten traditionele inzichten van de
beste praktijken voor geheugenrehabilitatie voor gezonde senioren op
hun kop door te demonstreren dat het maken van de juiste fouten
nuttig kan
zijn. Ze zorgen ook voor veel hoop op een levenslang leerproces en
begeleiding hoe senioren zouden kunnen studeren," zegt Dr. Nicole
Anderson, senior onderzoeker van Baycrest's Rotman Research
Instituut en senior auteur van het onderzoek.
Vertaling: Ellen Lam