Meting calcium ophoping om hartaandoeningen te voorspellen bij
mensen met chronisch nierfalen
Gebruikelijke beoordelingen minder nuttig bij deze
risicogroep
Calcium ophoping in de krans(slag)aders van
patiënten met chronisch nierfalen zouden een sterke aanwijzing
kunnen zijn voor het risico op hartaandoeningen, volgens een nieuwe
studie in de uitgave van de American Society of Nephrology (JASN).
Onderzoekers van de Johns Hopkins Bloomberg School of Public Health
bevestigen dat calcium in de krans(slag)aders twee andere algemeen
gebruikte metingen overtreft bij atherosclerose -zonder duidelijke
symptomen- in het voorspellen van het risico op hartaandoeningen bij
mensen met nierfalen.
Ongeveer 50% van alle patiënten met chronisch
nierfalen (CKD) overlijdt door hart- en vaatziekten, maar sommige
eerdere studies hebben uitgewezen dat conventionele risicofactoren
bij het voorspellen van hartaandoeningen – zoals bloeddruk en
vetgehalte – niet zoveel nut hadden bij CKD patiënten.
Kunihiro Matsushita, Doctor of Medicine,
promovendus, assistent-wetenschapper bij de Bloomberg School’s
Department of Epidemiology, en zijn collega’s, besloten om te
onderzoeken of andere tests misschien meer bruikbaar waren bij het
voorspellen van hart- en vaatziekten bij diegenen met chronisch
nierfalen. Ze vergeleken drie metingen voor aderverkalking –
calciumniveaus in bloedvaten, de dikte van de halsslagaderwanden, en
de vernauwing van bloedvaten in de benen.
Hoewel de hoeveelheid calcium in de
krans(slag)aders een overtuigende indicator is bij algemene
hartaandoeningen, zegt Matsushita dat het niet duidelijk was of dit
net zo overtuigend werkte bij mensen met CKD. De nieren helpen bij
het reguleren van het calcium niveau in het lichaam, en de
onderzoekers waren vooral bezorgd om de mensen met CKD die vaak een
veranderde calcium stofwisseling hebben, die het nut van calcium in
de wanden van de krans(slag)aders zou kunnen beïnvloeden. Calcium
niveaus in de krans(slag)aders worden vastgesteld door computer
tomografie (CT).
Het onderzoek werd gedaan onder 6.553 volwassenen
in de Multi-Ethnic Study of Atherosclerosis, in de leeftijd 45-84,
die niet eerder hart- en vaatziekten hebben gehad; 1.284 van hen
hadden CKD. Na 8 jaar vonden 650 gevallen van hart- en vaatziekten
plaats (krans(slag)ader aandoeningen, beroerte, hartfalen, en
perifere vaatziekte), in 236 gevallen bij diegenen met CKD.
Terugkijkend stelden de onderzoekers vast dat ophoping van calcium
accurater werkte bij een juiste vaststelling van het risico op
hartaandoeningen bij CKD patiënten (vooral krans(slag)ader
aandoeningen en hartfalen), dan metingen van verkalking in de
halsslagaders of vaatvernauwing in de benen.
"Our research is important since it assures the
usefulness of coronary artery calcium for better cardiovascular
disease prediction in persons with CKD, a population at high risk
for cardiovascular disease but with potential caveats for the use of
traditional risk factors," Matsushita says.
“Ons onderzoek is belangrijk omdat het overtuigd
van het nut van calcium in de krans(slag)aders om de kans op hart-
en vaatziekten bij CKD patiënten beter te voorspellen, een grotere
risicogroep voor hart- en vaatziekten, maar met een mogelijk
voorbehoud voor het gebruik van traditionele risicofactoren,” zegt
Matsushita.
Vertaling: Ellen Lam