Een studie door onderzoekers aan de Universiteit van Californië, een vooraanstaand centrum voor autisme, toont aan dat een overtollige groei van de hersenen in jongens met autisme een overmaat aan neuronen met zich meebrengt in gebieden van de hersenen die geassocieerd zijn met sociale communicatie en cognitieve ontwikkeling.
De wetenschappers ontdekten een 67% aan overmaat van corticale cellen – het type hersencellen die alleen vóór de geboorte ontstaan zijn – in kinderen met autisme. De bevindingen suggereren dat dit mankement zich voordoet als prenatale processen scheeflopen, volgens de leidende onderzoeker Eric Courchesne, PhD, professor in de neurowetenschappen aan de UC San Diego School voor medicijnen en directeur van het Autism Center of E.
Een kleine omvang van het hoofd bij de geboorte gevolgd door een excessieve groei van deze omvang gedurende het eerste levensjaar werd voor het eerst door het team van Courchesne in connectie gebracht met het ontstaan van autisme en in 2003 in een krant in JAMA gepubliceerd.
In het nieuwe onderzoek vergeleken Courchesne en collega’s postmortem weefsel van de prefrontale cortex van 7 jongens in de leeftijd van 2 tot 16 jaar die aan autisme leden met dat van 6 normaal ontwikkelde jongens. De prefrontale cortex is een deel van de buitenste laag van de hersenen dat ruwweg eenderde beslaat van de gehele corticale grijze massa. Het is dat deel dat betrekking heeft tot de sociale communicatie, gevoels- en cognitieve functies, functies die het meest verstoord zijn bij autisme. Hersenonderzoek bij jonge kinderen met autisme vertoonde overtollige groei en het dysfunctioneren in de prefrontale cortex evenals in andere hersengebieden.
Men vermoedde sterk dat de overtollige groei van de prefrontorale cortex te wijten was aan de abnormale groei van hersencellen, maar dit is nog nooit uitgetest. Gebruikmakend van een geavanceerd computer analyse systeem, ontwikkeld door een medeonderzoeker Peter Mouton, PhD, van de universiteit van Florida, samen met dubbelblind anatomisch en celtelling metingen, bleek uit het onderzoek dat kinderen met autisme 67% meer neuronen in de prefrontorale cortex hadden dan de controle objecten. De hersenen van autistische kinderen wogen eveneens meer dan die van zich normaal ontwikkelende kinderen van dezelfde leeftijd.
“Omdat nieuwe corticale neuronen zich niet ontwikkelen na de geboorte, vindt de groei van de aantallen neuronen in kinderen met autisme plaats in het prenatale proces”, zei Courchesne. Hij zette zijn uitleg voort dat proliferatie van dergelijke neuronen plaats vindt tussen de 10 en de 20 zwangerschapsweken en normaal gesproken resulteert in een al te overvloedig aantal neuronen op dit punt van de foetale groei. Hoewel tijdens het derde trimester van de zwangerschap en vroege leven van de ongeborene ongeveer de helft van deze neuronen worden opgeruimd in een proces dat apoptose (celdood) genoemd wordt. Een mankement van deze sleutel in dit ontwikkelingsproces zou een groot pathologisch exces kunnen veroorzaken van de corticale neuronen.
“Een exces van hersencellen werd gevonden in elk kind met autisme dat we bestudeerd hebben,” zei Courchesne. “Terwijl we denken dat uiteindelijk niet elk kind met een autistische stoornis dit zal vertonen, ons onderzoek suggereert echter dat een abnormaal exces van cellen tamelijk gewoon is bij kinderen met autisme. Dit is een interessante ontdekking als toekomstig onderzoek kan uitwijzen waarom een excessief aantal hersencellen aanwezig zijn in de eerste plaats, het zal een grote impact hebben op het doorgronden van autisme en misschien nieuwe behandelingen ontwikkelen.”
Vertaling: Shanti