Consumptie koffie beïnvloedt het risico van milde cognitieve stoornis


Italian Longitudinal Study on Aging

Uit een nieuwe studie van onderzoekers aan de universiteit van Bari Aldo Moro, Bari, Italië, Geriatrische Afdeling & Laboratorium voor Gerontologie en Geriatrie en IRCCS "Huis voor het Verlichten van Lijden", San Giovanni Rotondo, Foggia, Italië, en het Istituto Superiore di Sanita (ISS) , Roma, Italië, blijkt een verband te bestaan tussen de veranderlijke of constante gewoontes in koffieconsumptie en het voorkomen van milde cognitive stoornis (MCI). De studie is gebaseerd op een evaluatie van 1445 individuen gekozen uit 5632 proefpersonen, in de leeftijd tussen 65 en 84 jaar, uit de Italiaanse Longitudinal Study on Aging ( ILSA), een steekproef met een opvolging van 3,5 jaar, gebaseerd op de bevolking van acht Italiaanse gemeenten. De bevindingen zijn gepubliceerd in het Journal of Alzheimer's Disease.

Milde cognitive stoornis (MCI) wordt beschouwd als de voorloper van Alzheimer (AD) en dementie. Aangezien er geen effectieve behandeling bestaat om het natuurlijk verloop van deze neurodegeneratieve aandoening te behandelen kunnen de identificatie en de beheersing van de latere risico/beschermende factoren van cruciaal belang zijn voor de preventie van MCI en haar progressie naar Alzheimer en dementie. Onder de met dieet geassocieerde factoren, is koffie, regelmatig gebruikt door miljoenen mensen over de hele wereld, omwille van de cafeïne de best bekende psychoactieve stimulans die resulteert in verhoogde alertheid en opwinding en verbetering van de cognitieve prestaties.

Naast de korte termijn effecten van cafeïne bevattende dranken evalueerden sommige case-control en cross-sectionele en longitudinale op de bevolking gebaseerde studies de lange termijn effecten op de hersenfunctie en kwamen tot de vaststelling dat koffie, thee, of cafeïne consumptie of hogere plasma cafeïne niveaus kunnen beschermen tegen cognitieve stoornissen en dementie, met enkele opmerkelijke uitzonderingen.

Een interessante bevinding in dit onderzoek is dat cognitief normale oudere personen die hun gewoontes veranderden door hun koffie verbruik te verhogen (> 1 kopje koffie/dag) ongeveer een twee maal hogere MCI score hadden in vergelijking met degenen met beperkte gewoontes (< 1 kop koffie/dag) en ongeveer anderhalve keer hogere MCIM score in vergelijking met een constante gewoonte (niet meer of minder dan 1 koffie/dag). De matige koffiedrinkers (1 of 2 kopjes koffie/dag) hadden een verlaagde score van de incidentie van MCI dan degenen die zelden of nooit koffie dronken. Er werd geen significante associatie gevonden tussen degenen die meer koffie dronken (> 2 kopjes koffie / dag) en de incidentie van MCI in vergelijking met degenen die zelden of nooit koffie dronken.

"Deze bevindingen gebaseerd op een Italian Longitudinal Study on Aging suggereert dat normaal cognitieve oudere mensen die zelden of nooit koffie dronken en deze die hun consumptie verhoogden een hogere kans hadden op het ontwikkelen van MCI. Matige en regelmatige consumptie van koffie kan neuroprotectieve effecten hebben ook tegen MCI; dat bevestigen althans studies op de lange termijn over de beschermende effecten van koffie, thee, of cafeïne consumptie en plasma niveaus van caffeïne tegen cognitieve achteruitgang en dementie", aldus de onderzoekers Vincenzo Solfrizzi, MD, PhD, en Francesco Panza, MD, PhD, Universiteit Bari Aldo Moro, Bari, Italië.

De auteurs vertrokken van hypothetisch verschillende mechanismen bij hun uitleg over de potentiële neuroprotectieve effecten van de consumptie van koffie waargenomen in deze studie. Het lange termijn neuroprotectief effect van cafeïne kan competitief antagonisme van adenosine A2A receptoren inhouden (A2ARs), die schade veroorzaken door Amyloïde (A?), de giftige peptide die accumuleert in AD hersenen. Inderdaad, acuut of langdurig gebruik van cafeïne bleken de hersenen A? niveaus bij AD transgene muizen en geheugen restauratie en omkering van AD pathologie bij muizen met reeds bestaande A? last, te reduceren. Adenosine is een neuromodulator die werkt via de meest overvloedige remmende adenosine A1 receptoren (A1RS) en de minder overvloedige, wijdverbreide faciliterende A2ARs. A1RS spelen een belangrijke rol in neuroprotectie door het verminderen van het vrijkomen van glutamaat en hyperpolariseren de neuronen en hun activering verzwakt schade aan de hersenen terwijl hun blokkade schade verergert bij volwassen dieren.

In tegenstelling veroorzaakt blokkade van A2ARs robuuste hersenen neuroprotectie bij volwassen dieren. Bovendien, terwijl de centrale A1RS negatief worden beïnvloed door chronische schadelijke situaties, wordt het neuroprotectief effect van de hersenen van A2AR antagonisten gehandhaafd in chronische aandoeningen van de hersenen zonder waarneembare schadelijke perifere effecten, hetgeen het belang van A2AR antagonisten als nieuwe beschermende middelen in neurodegeneratieve ziekten, zoals AD, aantoont. Daarom kan de mogelijkheid van cafeïnepreventie op de achteruitgang van het geheugen bij verouderde dieren of dieren met AD verband houden met het optreden van A2ARs in plaats van A1RS, suggererend dat een adequate adenosinegische tonus is vereist voor normale geheugenprestaties en dat de op en neer activatie van het adenosine systeem resulteert in een verminderd funtioneren van het geheugen.

Deze hypothese kan gedeeltelijk verklaren waarom, zoals uit dit onderzoek blijkt, geen of nauwelijkse en hogere consumptie van koffie (> 2 kopjes/dag) geassocieerd waren met een hoger risico op het optreden van MCI. Dienovereenkomstig verbeteren matige hoeveelheden cafeïne het geheugen bij knaagdieren, terwijl hogere doses cafeïne het geheugen kunnen veslechteren. Biologische effecten van cafeïne op de hersenfunctie betreffen ook de modulatie van witte materie afwijkingen en/of microvasculaire ischemische laesis en verbeterde gevoeligheid voor insuline, zodat het risico van type 2 diabetes, een sterke risicofactor op cognitieve achteruitgang, vermindert. Bovendien zou cafeïne een gedeelte van de cognitieve achteruitgang bij ouderen kunnen compenseren omdat het invloed heeft op de waakzaamheid en de aandacht vooral in situaties van verminderde alertheid. Ten slotte kan de gewone en de matige consumptie van koffie MCI voorkomen door vermindering van subklinische neuroinflammatie en oxidatieve stress.

Conclusie van de auteurs: "Meer gevoelige resultaten zoals bevindingen uit neuro beeldstudies zouden beschikbaar moeten komen uit experimentele gegevens om de onderliggende mechanismen van de neuroprotectieve effecten van koffie, thee, en cafeïne consumptie bloot te kunnen leggen. Grotere studies samen met opvolgingsperiodes zouden moeten worden aangemoedigd met de hoop nieuwe dieet gerelateerde preventiemaatregelen te ontdekken tegen dementie of AD.”

Vertaling: Andre Teirlinck


Ontvang iedere vrijdag de laatste nieuwtjes en videos

Ontvang onze nieuwsbrief


     


    Uw persoonlijke gegevens worden niet aan derden verstrekt
    Nieuwsbrief kan ieder moment gestopt worden.
    Ons mailadres:
    info@ugamedia.com


    [ Terug naar het hoofdmenu ]

     

     


    View My Stats